No. 7704 NE EAAN NER GEMEENTE LEEUWARNEN5 overwegende, dat het wenselijk is een voorbereidingsbesluit te tref fen voor enkele toekomstige bestemmingsplangebieden, voor een terrein ten zuiden van de Nammelaan, alsmede voor een gedeelte van het plangebied Hemrik; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 20 mei 1976, (bijlage no. 212); gelet op artikel 21lid 12 en 4 van de Wet op de Ruimtelijke Orde ning; BESLUIT: te verklaren, dat bestemmingsplannen worden voorbereid voor: I. de gebieden, begrensd door: a. Noordvliet, Oostersingel, Tjerk Hiddesstraat en Bleeklaan (plan Zeeheldenbuurt); b. Noordvliet, Oranjewaltje, Cambuurstraat, Balistraat en Soendastraat (plan Tichelstraat); c. Willem Loréstraat, Straat van Welgelegen, Zuidvliet en een lijn, getrokken in noordelijke richting in het verlengde van de Eillarts- straat (plan Het Vliet-Welgelegen i); d. Willem Loréstraat, een lijn getrokken in noordelijke richting in het verlengde van de EillartsstraatZuidvliet en Eranklinstraat (plan Het Vliet-Welgelegen II een en ander zoals deze gearceerd zijn aangegeven op de bij dit be sluit behorende tekening nr. 132R—71 II. het terrein^ gelegen ten zuiden 'van de Nammelaan; bestemd voor de bouw 'van een manege, gearceerd aangegeven rp de bij dit besluit behorende 'tekening nr. 115-88; III. het gedeelte van het plangebied- Hemrik, hetwelk is gelegen tussen de Wijde Greuns, spoorbaan Leeuwarden-Groningen, het tracee van de toe komstige oostelijke buitentangent en het verlengde van de Aldlansdyk, gearceerd aangegeven op de bij dit besluit behorende tekening nr. 144— 16 (plan 1e herziening Hemrik). Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Ontwikkeling gebied Linnaeusstraat e.o. Bijlage no. 215. Leeuwarden, 20 mei 1976. Aan de Gemeenteraad. In 1974 heeft een ambtelijke projektgroep een onderzoek ingesteld of het bouwtechnisch verantwoord is de 310 woningen, gelegen aan de Linnaeusstraat en zijstraten en aan de Marathcnstrmt (in beheer bij het gemeentelijk woningbedrijf) te renoveren, wat de kosten zullen zijn van de renovatie en welke huurprijzen daaruit zullen voortvloeien, alsmede wat de kosten zullen zijn van sanering en nieuwbouw en de daaruit voortvloeiende huurprijzen. In haar rapport, dat bij de stukken voor ter inzage ligt, komt deze projectgroep tot de conclusie dat het financiëel gezien het meest aantrekke lijk is de woningen te amoveren en nieuwbouw te plegen. Bij gedeeltelijke renovatie zullen de gebreken van de woningen niet voldoende kunneri worden opgelost. Gehele renovatie zou een aantrekkelijk woningtype doen ontstaan, doch de huurprijzen en het jaarlijks ten laste van de gemeente komënde ex ploitatietekort tot onaanvaardbare hoogte doen stijgen. In januari 1976 werd een nieuwe projectgroep ingesteld met als taak in aanvulling op het rapport van de eerdere projectgroep na te gaan óf hét uit financiële, sociologische, economische en planologische overwegingen moge lijk en/of wenselijk is om na afbraak van de woningen aan de Linnaeusstraat en zijstraten en aan de Marathonstraat een gedeelte van het vrijkomende terrein opnieuw te bebouwen met woningen en een ander gedeelte te bestemmen voor andere voorzieningen. Het rapport van projectgroep II treft U hierbij aan. Tijdens de ontwikkeling van het rapport heeft de wijkbevolking inspraak ge had via een contactgroep, waarin naast enige leden van de projectgroep ver tegenwoordigers van huurders, woningcorporatie St. Joseph en de middenstand zitting hadden. Yoor de omwonenden is een hearing georganiseerd, waarvan het verslag in het rapport is opgenomen. Gesteld kan worden dat de inhoud van het rapport aansluit op de gedachten van belanghebbenden. Het rapport van de projectgroep II Stedebouwkundige opzet Ne groep heeft 44 woningen, deels aan de Boerhaavestraat en Marathonstraat en eigendom van en in beheer bij St. Joseph, met instemming van deze woning corporatie in haar werkzaamheden betrokken, teneinde tot een evenwichtiger planopzet te kunnen komen. Ne groep heeft met het oog op het kosten-aspect gekozen voor een her inrichting, die als het minst ingrijpend kan worden aangemerkt. Het voorgestelde structuur-model is aangegeven op kaart nr. 2 van het rapport. Het model voorziet in een woonbebouwing tussen de Marathonstraat en het Nr. Zamenhofpark. Ne hoofdontsluiting voor het auto-verkeer is ge dacht vanaf en via de Marathonstraat. Neze straat blijft daartoe een aanslui ting houden op de Rondweg. Tevens is ter hoogte van het Cambüurplein een vloeiender aansluiting van de Marathonstraat op de Linnaeusstraat aangegeven, zulks ten behoeve van de stroomfunctie van de Marathonstraat. Ne Linnaeusstraat verkrijgt voor het overige de bestemming van woonstraat, parlceerdoeleinden en groenvoorzieningen. Nabij de overgang Marathonstraat-Linnaeusstraat is enige bedrijfs- c.q. kantoorbebouwing en/of een of andere bebouwing voor bijzondere doeleinden gedacht. Naar de mening van de projectgroep dient ter plaatse een redelijk dichte bebouwing te ontsta,an, in die zin dat door een nieuwe straat- wand een pleinbeëindiging ontstaaJHaart 3 van het rapport geeft een sugges tie voor de bebouwing van het gebi .1 weer.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1976 | | pagina 107