Artikel 21.
Beroep_op_gemeenteraad. -
1. Tegen een besluit van burgemeester en wethouders ingevolge deze
verordening, waarvan niet reeds beroep op gedeputeerde staten is
opengesteld op grond van artikel 55 van de Wet, kan de betrokkene
schriftelijk beroep instellen bij de gemeenteraad.
2. De betrokkene kan, indien zijn verzoek betrekicing heeft op toe
stemming als bedoeld in artikel 10, een vrijstelling als bedoeld
in artikel 15» lid 3» dun wel op een chauff eur.svergunning, tevens
beroep instellen bij de gemeenteraad indien hij:
a. 1e. niet binnen de in artikel 19» eerste lid, gestelde termijn
kennis heeft kunnen nemen van een beslissing van burgemeester
en wethouders omtrent zijn verzoek, noch van een bericht van
verdaging van de beslissing omtrent dat verzoek;
2e. na verdaging niet binnen de krachtens die verdaging gelden
de termijn kennis heeft kunnen nemen van een beslissing
omtrent zijn verzoek;
b. 1e. niet binnen de in artikel 17, vijfde lid, gestelde termijn
kennis heeft kunnen nemen van een beslissing van burgemeester
en wethouders omtrent zijn beroepschrift, noch "van oen ver
daging van een beslissing, omtrent dat beroepschrift
2e. na verdaging niet binnen de krachtens die verdaging geldende
termijn kennis heeft kunnen nemen van de beslissing omtrent
dat beroep.
3. Het beroepschrift wordt ingediend binnen een maand na de dag:
a. waarop betrokkene kennis heeft kunnen nemen van het besluit;
b. waarop de termijn, waarbinnen een beslissing had moeten zijn
genomen, is verstreken.
Burgemeester en wethouders doen het beroepschrift, voorzien van
htm advies, toekomen aan de in artikel 23 bedoelde commissie.
4. De gemeenteraad beslist binnen drie maanden nadat het beroepschrift
is ingediend bij een met redenen omklede beschikking. Hij kan zijn
beslissing voor ten hoogste twee'maanden verdagen.
5. Ten aanzien van een besluit tot intrekking of wijziging van een
vergunning of ontheffing als in het eerste lid bedoeld, heeft hot
beroep geen schorsende werking indien zulks in dat besluit is be
paald.
Artikel 22.
1In de gevallen waarin ingevolge deze verordening van een besluit
van burgemeester en wethouders beroep open staat op de gemeente
raad, brengt de overeenkomstig de artikelen A 14 en A 15 van de
Algemene Politieverordening Leeuwarden ingestelde commissie aan
die raad advies uit over een ingesteld beroep. In afwijking van
hetgeen is bepaald in artikel A 15, vijfde lid, van do zoeven be
doelde verordening treedt in deze gevallen als secretarie van deze
commissie op de secretaris van de taxi-adviescommissie.
2. De in het eerste lid bedoelde commissie handelt met betrekicing
tot een beroepschrift, ingesteld ingevolge deze verordening, over
eenkomstig hetgeen is gesteld in artikel A 1é van de Algemene
Politieverordening Leeuwarden.
Artikel 23.
■?:§2i~£^Y:!:££££55i££i£
1. Er is een taxi-adviescommissie, welke tot taak heeft burgemeester
en wethouders van advies te dienen omtrent de door hen inzake ver
lenging, wijziging, overdracht en ambtshalve intrekking van bedrijfs-
vergunningen te nemen beslissingen en voorts hetzij op verzoek,
hetzij uit eigen beweging,' omtrent andere aangelegenheden met be
trekking tot het vervoeren van personen met taxi's.
2. De commissie is bevoegd om ten behoeve van de opstelling van haar
adviezen belanghebbenden te horen. Ten behoeve van do opstelling
van haar adviezen omtrent door burgemeester en wethouders te nemen
beslissingen, genoemd in het eerste lid, is de commissie verplicht
do rechtstreeks belanghebbenden, waaronder de bestaande vergunning
houders, in de gelegenheid te stellen over hun belangen te worden
gehoord.
3. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regelen geven met betrek
king tot de werkwijze van de commissie.
4. De commissie bestaat uit een door burgemeester en wethouders aan te
wijzen voorzitter en tenminste vier, eveneens door burgemeester en
wethouders aan te wijzen leden, te weten:
a. een vertegenwoordiger van de werkgevers in het taxibedrijf;
b. een vertegenwoordiger van de werknemers in het taxibedrijf";
c. een vertegenwoordiger van de Rijksverkeersinspectie in het
district» waartoe de gemeente behoort;
d. een vertegenwoordiger van de commissaris van politie.
Voor elk van deze leden wijzen burgemeester en wethouders een
plaatsvervanger aan. De onder a en b bedoelde vertegenwoordigers
en hun plaatsvervangers mogen niet direct betrokken zijn bij het
taxivervoer in de gemeenten. Bij de aanwijzing van deze leden en
plaatsvervangende leden houden burgemeester en wethouders zoveel
mogelijk rekening met de respectievelijk door de onder a genoemde
werkgevers en door de als vertegenwoordigers van de onder b
genoemde werknemers optredende organisaties gedane aanbevelingen.
5. Indien burgemeester en wethop.de.rs zulks wenselijk achten, kunnen
zij nog één of meer personen aanwijzen om deel uit te maken van de
commissie, danwel om deze commissie van advies te dienen,
6. Do leden en hun plaatsvervangers hebben zitting gedurende twee
jaren en treden tegelijk af. Zij kunnen terstond, worden horbehoemd.
Een lid of plaatsvervangend lid, dat is benoemd ter vervulling
van een tussentijds opengevallen plaats, treedt af op het tijdstip,
waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, zou hebben moeten af
treden.
7. Burgemeester en wethouders wijzen uit de leden een plaatsvervangend
voorzitter aan.
8. Burgemeester en Wethouders wijzen oen ambtenaar tor secretarie aan,
belast met hot secretariaat van de commissie.
- 10 -
- 11 -
1 -n? cs CAi