Voor de lange termijn kan dan worden volstaan met een
verkeersstructuurplanwaarin in nauwe samenhang met de te
verwachten ruimtelijke ontwikkeling van Leeuwarden een
beleidsvisie t.a.v. vervoer en verkeer wordt aangegeven,
aangevuld met een globale aanduiding van de daarbij pas
sende verkeers- en vervoerinfrastructuur
In deze visie past het verkeerscirculatieplan in het
verkeersstructuurpi an en vormen beide plannen samen het
verkeers- en vervoerplan
In het navolgende zal kort worden ingegaan op de inhoud
van beide plannen
3VERKEERSSTRUCTUURPLAN
Aangezien tot nu toe de meeste aandacht gericht geweest is
op de ontwikkelingen op (middel)lange termijn (Prénota,
maar ook Structuurplan Binnenstad) behoeven er voor het op
stellen van het verkeersstructuurplan geen uitgebreide
werkzaamheden meer te worden verricht,
1. Begonnen zal worden met een zorgvuldige inventarisatie
van alle bestaande plannen, doelstellingen en beleids
voornemens zowel ten aanzien van vervoer en verkeer als
op gebied van de ruimtelijke ordening.
2. Uit deze stukken, aangevuld met de moties en uitspraken
die de behandeling in de raad van de Prénota heeft op
geleverd, zal een visie worden gedistilleerd, die weer
zal moeten geven welk beleid de gemeente Leeuwarden
op gebied van vervoer en verkeer denkt te volgen gedu
rende de komende jaren. Deze beleidsvisie zal vervolgens
dienen uit te monden in een globale beschrijving van de
daarbij passende infrastructuur. Alle vervoerwijzen
(voetganger, fiets en bromfiets, openbaar vervoer en
auto) zijn hierbij betrokken. Belangrijk bij deze be
schrijving is niet zozeer de exacte vormgeving, alswel
de verkeerskundige functie die de verschillende onder
delen t.o.v. elkaar zullen moeten vervullen in het licht
van de gekozen doelstellingen en de ontwikkelde beleids
visie.
3De laatste stap houdt in een globale verkeerskundige
toetsing van de aangegeven infrastructuur. Feitelijk
houdt dit in dat wordt nagegaan of de vooral op kwalita
tieve gronden ontwikkelde strategie ook in kwantitatief
opzicht haalbaar is.
Hierbij kan naar verwachting voor een groot deel gebruik
worden gemaakt van de reeds door het T.B.V. uitgevoerde
berekeningen ten behoeve van de Prénota.
4. Een en ander mondt uit in het opstellen van een concept
rapport
De tijdstermijn die met het verrichten van bovengenoemde
werkzaamheden gemoeid zal zijn wordt geraamd op cazes
maanden
Tl 4 -ï .1 W v