Préadvies inzake "brief van de heer P. Aarnout d.d. 8 augustus 1976 "betreffende een voorstel tot binnenisolatie van woningen aan de Valeriusstraat e.o. Bijlage no. 327. Leeuwarden, 23 september 1976. Aan de gemeenteraad. Naar aanleiding van de ons in Uw vergadering van 13 september j.l. om préadvies in handen gestelde brief d.d. 8 augustus 1976 van de heer P. Aarnout, Valeriusstraat 101-B, delen wij U het volgende mede. In de woning Corellistraat 77 te Leeuwarden is enige tijd geleden in verband met de U bekende vochtverschijnselen binnenisolatie aangebracht. De heer Aarnout dringt er op aan om verdere beplating van de eindgevels van de flats aan de Valeriusstraat en omgeving achterwege te laten vanwege het verkregen resultaat van de binnenisolatie bij de woning Corellistraat 77 en het daaraan verbonden kostenaspect. Hij vraagt zich in dit verband af waarom ook gevels met geen of zeer geringe vochtverschijnselen in zijn geheel moeten worden beplaat en wat tot nu toe de daaraan verbonden kosten zijn geweest. Wij merken naar aanleiding hiervan op dat de woning Corellistraat 77 geen eindwoning is. Het beplaten van buitengevels van tussenwoningen heeft nooit in de bedoeling gelegen. Het verkregen resultaat van het aanbrengen van binnenisolatie in een tussenwoning geeft naar onze mening niet de garantie dat dit bij een eindgevel hetzelfde effelct zal hebben. Bovendien zijn, gelet op do grote droogte in de afgelopen zomer do resultaten nog niet goed meetbaar. Eerst na de komende herfst en winter kan hieromtrent meer zekerheid worden verkregen. De werkzaamheden in verband met het beplaten van de eindgevels zijn in volle gang en de daarvoor benodigde materialen zijn reeds geleverd. Wat betreft de laatste alinea in de brief van de hoer Aarnout merken wij op dat het ons ongewenst voorkomt kostenopgaven aan adressant te verstrekken. De hiervoor beschikbaar gestelde middelen zijn de heer Aarnout bekend omdat hem destijds een copie van het desbetreffende raadsvoorstel is toegezonden. Het gedeeltelijk isoleren van een eindgevel die in mindere mate of slechts plaatselijk vochtverschijnselen vertoont zien wij als oen halve oplossing en komt ons inziens niet voor uitvoering in aanmerking. De brief van de heer Aarnout en het advies van de Directeur voor het Woningbedrijf zijn voor U ter inzage gelogd. Onder mededeling dat de Commissie voor het Woningbedrijf is gehoord en zich met dit advies kan verenigen geven wij U in overweging adressant overeenkomstig het bovenstaande te berichten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. Reumer Secretaris. loco

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1976 | | pagina 333