Recapitulatie
„ra Be raming van de post voor onvoorziene uitgaven (volgno. 652) wordt
verlaagd met een bedrag van 23.200, gespecificeerd als volgt:
bouwkundige voorzieningen panden Gouverneursplein 25
en Kleine Hoogstraat 1 2oo
subsidie Stichting Leeuwarder Jeugd Tamboer-,
Pijper- en Lyra Corps ƒ2 000
subsidie Cliëntenbond afdeling Friesland 4^000,
23.200,—
beschikbaar6 Verlaging is op 652 nog een bedrag van 210.225,
u ïïTNvoor de gemeentebegroting en de begrotingen van het
Woningbedrijf, de Dienst Stadsontwikkeling en de Dienst voor Sport en
Recreatie voor het dienstjaar 1977 te wijzigen overeenkomstig de ter
inzage gelegde ontwerp-besluiten.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
W.J.G. Reumer Secretaris.
loco
Onderzoek naar de mogelijkheid tot rehabilitatie van een aantal gemeente
panden in het gebied Huizum-Dorp.
Bijlage no. 234 Leeuwarden, 16 juni 1977»
Aan de Gemeenteraad.
Tijdens de behandeling van het raadsvoorstel tot rehabilitatie van
het gebied Huizum-Dorp is aan II toegezegd, dat geen binnen dat gebied
staande gemeentepanden zullen worden afgebroken alvorens is onderzocht
of rehabilitatie mogelijk is. Daarbij is tevens toegezegd, dat U over
het resultaat zult worden ingelicht.
Genoemde toezeggingen hadden betrekking op die panden waarover op
dat moment verschil van mening bestond tussen projectgroep en contact
groep met betrekking tot de mogelijkheid tot rehabilitatie.
Bij raadsbesluit no. 5551 dd 20 april 1976 is naderhand besloten
een aantal van deze panden af te breken, omdat ze stonden binnen het ge
bied waar volledige nieuwbouw is gepland.
Ha dit besluit diende nog een beslissing genomen te worden over de
panden Dorp 10, 94, 95» 96, 97, 98 en de zes zogenaamde Pasveerpanden:
Dorp 86, 87, 88, 89, 90 en 91*
Op 31 januari j.l. hebt U ons gemachtigd met medewerking van de
fa. Gebr. Maurits, alhier, de rehabilitatie voor te bereiden voor deze
Pasveerpanden. Na indiening van het betreffende plan met kostenbegroting
zou nader beslist worden of wel dan niet tot rehabilitatie van laatstge
noemde panden zou worden overgegaan.
Het plan met kostenbegroting is inmiddels ontvangen en ligt bij de
stukken ter inzage. De opzet voorziet in 3 kleine woningen welke ontstaan
door samenvoeging van 2 oorspronkelijke woningen tot één "nieuwe" woning.
De verbeterde woningen bezitten op de begane grond een woonkamer, gang,
douchecel, keuken en eventueel een berging, terwijl de verdieping bestaat
uit hetzij twee slaapkamers of één slaapkamer met een grote overloop. Bij
de woningen is geen achtererf en de achtermuur staat op de erfscheiding.
In deze achtermuur mogen geen ramen worden aangebracht.
Bij het onderzoek is gebleken, dat de bestaande bebouwing zodanig slecht
is dat deze tot 20 cm. beneden het maaiveld moet worden afgebroken, waar
na op de bestaande fundering in feite nieuwe woningen moeten worden ge
bouwd conform de oorspronkelijk aanwezige panden. De rehabilitatiekosten
zijn geraamd op ruim 119-000,per "nieuwe" woning. Rekening houdend
met de restwaarde (inclusief ondergrond) van de 2 oude woningen, moet
ervan worden uitgegaan, dat per "nieuwe" woning een investering nodig
is van ruim 130.000,
Over deze aangelegenheid heeft overleg plaatsgevonden tussen de pro
jectgroep en de contactgroep. In dat overleg is men gezamenlijk tot de
conclusie gekomen, dat het economisch niet verantwoord is op deze basis
tot herstel van de oude Pasveerwoningen over te gaan. Hierbij hebben de
volgende overwegingen een rol gespeeld.
1. De woningen zijn niet bepalend voor het gezicht van het oude dorp,
dit in tegenstelling tot de woningen langs de Dorpstraat;
2. het bedrag dat beschikbaar moet worden gesteld om het onrendabele
deel van de investering te dekken kan beter besteed worden voor de te
rehabiliteren panden langs de Dorpstraat;
3. voor een lager bedrag per woning kunnen ter plaatse nieuwe ruimere
woningen worden gebouwd welke een aantrekkelijke overgang kunnen vor
men tussen het nieuwbouwgebied en het oude dorp.