11-4-9
Administratieve hulp en overige voorzieningen scholen voortgezet
onderwijs (volgnrs. 404/410/412/414 en 442).
Momenteel wordt een onderzoek verricht teneinde na te gaan wat de be
hoefte aan niet-onderwijzend personeel in het A.V.O.-complex zal zijn.
Tevens strekt dit onderzoek zich uit over de vraag of het huidige niveau
van administratieve hulp ten behoeve van de Gemeentelijke Opleidingsschool
voor Kleuterleidsters voldoende moet worden geacht. Alhoewel een eerste
rapportage aanleiding heeft gegeven tot het trekken van een aantal voor
lopige conclusies zijn beslissingen dienaangaande nog niet genomen.
Niettemin, achten wij het raadzaam, in afwachting van beslissingen ter zake,
hiervoor een stelpost in het beleidsplan op te nemen.
Gymnastieklokalen (volgnrs. 476/261/d57
Door het ontbreken van kleed- en wasgelegenheden en toestelbergruimten
voldoen de gymnastieklokalen bij een aantal scholen niet meer aan de
heden ten dage hieraan te stellen eisen. Door ons wordt daarom overwogen
over te gaan tot de bouw van een gymnastieklokaal bij de Boerhaaveschool
en de Wiardaskoalle en vervanging van de gymnastieklokalen bij de Coorn-
hertschool, de Leeuwerikschoolde Ferdinand Bolschool en de Menno van
Coehoornschool
De gekapitaliseerde opbrengst van de normvergoedingen voor nieuwbouw,
verminderd met de gekapitaliseerde opbrengst van de nog te ontvangen
normvergoedingen voor de oude gebouwen en de nog niet afgeschreven in
vesteringen lijkt voldoende voor de stichting van nieuwe lokalen.
Schooladviesdienst (volgnr. 496).
De onder volgnummer 504/1 gememoreerde integratie-experimenten vinden
plaats onder begeleiding van de Schooladviesdienst. Een verantwoorde
begeleiding kan tot op heden, gelet op de nog geringe omvang van deze
experimenten, binnen het huidige personeelsbestand plaats vinden. Met de
te verwachten toename van het aantal experimenteerscholen, ingaande
het schooljaar 1978/1979» zal dit niet meer het geval kunnen zijn.
Uitbreiding van de dienst met een schoolbegeleider die zich o.a. met
de begeleiding van dergelijke experimenten zal moeten gaan bezig houden
is noodzakelijk.
Kunstzinnige vorming aan scholen en Voorlichting en instructie inzake
de kennis van de natuur en het milieu(ecologie(volgnrs. 900 en 802).
In het beleidsplan zijn voor deze posten bedragen geraamd van in totaal
200.000,Over deze onderwerpen hebben diverse rapporten het licht
gezien waarbij het nut van een en ander naar voren is gekomen. De opzet
en de uitvoering van deze projecten zullen mede in overleg met het
onderwijsveld nader worden bestudeerd. Zie overigens ook het gestelde
hij volgnummer 562 (beleidssector Cultuur) en volgnummer 546 (beleids-