II—7—1
PAR. 7 BELEIDSSECTOR REINIGING EH BRANDWEER.
A. Algemeen.
1Reinigingsdienst
In overeenstemming met de in het vorige beleidsplan uiteengezette
gedragslijn wordt voor 1978 een voorbereidingskrediet van
120.000,geraamd voor het uitwerken van een plan voor de huis
vesting van de reinigingsdienst. De uitvoering van de bouw is
voorshands gepland in 1981; hiervoor zijn kapitaallasten geraamd
over een bruto investering van 10.000.000,er van uitgaande,
dat een subsidie van 10% van de totale kosten kan worden verkregen
(kapitaallasten 530-000,
Overeenkomstig de eerder opgestelde schema's zal de personeelsbe
zetting van 1977 op 1978 afnemen van 110 tot 105 man. In verband
met de toegenomen aanvoer bij de vuilverbrandingsinstallatie zal
in 1978 een derde kraandrijver moeten worden aangesteld. Voor 1981
en 1982 moet worden gerekend met een vermeerdering van achtereen
volgens 3 en 6 man in verband met de realisering van het bestem
mingsplan Camminghaburen.
De afbouw van de privaattonnendienst zal in 1978 worden voltooid,
zodat in de daarop volgende jaren geen kosten en baten meer worden
opgenomen.
De totale hoeveelheid te verbranden vuil wordt voor 1978 geraamd
op 47-000 ton; dat is 9-000 ton meer dan voor 1977 werd aangenomen.
De toename wordt vooral verwacht in de sector "brengen van afval".
In verband met de hoogte van het recht heeft deze aanvoer een
gunstig effect op de kosten van de huisvuilverwerking.
Voor de hoogte van de reinigingsrechten hebben wij ons geconformeerd
aan de normstelling, die de Minister van Binnenlandse Zaken
hanteert voor de zogenaamde artikel-12 gemeenten. De Minister
heeft inmiddels een nieuwe minimum-norm voor deze gemeenten inge
voerd. In plaats van een bepaald bedrag per zelfstandige huis
houding dient te worden uitgegaan van een bedrag met een kostendekking
van tenminste 60%. In verband hiermee zijn de reinigingsrechten
voor het huisvuil in de begroting voor 1978 afgestemd op de
genoemde kostendekking. Voor 1978 betekent dit een extra bate ten
opzichte van de oude normering van circa 128.000,
2Brandweer
Wij zijn tot de conclusie gekomen, dat uitbreiding van de sterkte
van het brandweerkorps noodzakelijk is teneinde over een verant
woorde bezetting bij het uitrukken bij brand en andere voorvallen
