~~*r" ABB
I v
II-13-3
Zoals U ongetwijfeld 'bekend zal zijn is met de "bouw van zowel de
sporthal bij het A.V.O.-complex Aldlan als met de sporthal in het
plan Kalverdijkje begonnen. Wij hebben goede hoop dat beide sport
hallen nog in 1978 voor gebruik gereed zullen komen. Hoewel het be
schikbaar komen van deze sporthallen een verdubbeling betekent van
het aantal sporthallen kan niet worden gesteld dat na het gereed
komen van beide hallen voldoende sportvloeren beschikbaar zullen
zijn. De ontwikkeling van bepaalde zaalsporten, met name zaalvoet
bal en zaalhockey, is zodanig dat er behoefte blijft bestaan aan
meer indoor-sportaccommodatieIn dit verband willen wij nogmaals
het belang onderstrepen van de te bouwen evenementenhal, welke
ook voor grote sportmanifestaties van bijzonder belang is.
Helaas zijn onze verwachtingen met betrekking tot het tot stand
komen van een manege in het recreatiegebied Rengerspark niet uit
gekomen. De particuliere ondernemer waarop wij in het vorige beleids
plan doelden heeft zich teruggetrokken. In nauwe samenwerking met
de Raad voor Sportaangelegenheden die daartoe een adhoc-commissie
manege-problematiek heeft ingesteld, het bestuur van de Stichting
Nuts Kinderboerderij en het bestuur van de Stichting Paardrijden
voor Gehandicapten wordt thans nagegaan of het mogelijk is middels
een daartoe op te richten stichting te komen tot een rendabele ex
ploitatie van een manege. Wij hebben de mogelijke participanten in
deze stichting onze medewerking toegezegd, waarbij wij vasthouden
aan ons reeds eerder ingenomen standpunt dat een dergelijke manege
exploitatie in principe kostendekkend moet zijn. Wij hopen nog in
1977 met concrete voorstellen bij U te komen. Wij vragen ons tevens
af of de voorgenomen realisering van bovenwijkse recreatie-voorzie
ningen in het Rengersparkgebied wel moet worden doorgezet. Gelet op
de recreatieve mogelijkheden van het Groene Stergebied alsmede gelet
op de begrote exploitatiekosten van 600.000,voor het aangepaste
recreatie-gebied Rengerspark achten wij realisering van de plannen
voor dit gebied voorshands niet wenselijk.
Met betrekking tot het tot stand komen van een sportmedisch advies
centrum merken wij het volgende op. Een door ons ingestelde werk
groep onderzoekt de mogelijkheden voor het tot stand brengen van
een dergelijk centrum in onze gemeente. Wij gaan er daarbij van uit
dat voor dit doel gebruik kan worden gemaakt van de gemeentelijke
medische voorzieningen waarbij wij met name denken aan Triotel en
de G G D
