"fc.jLAe,!; A O 6 1-1 HOOFDSTUK I» INLEIDING. Hierbij bieden wij U de ontwerp-begroting van de algemene dienst voor het dienstjaar 1978 aan, alsmede de ontwerp-begrotingen van de diensten en bedrijven die als takken van dienst in de zin van artikel 252 van de Gemeentewet zijn aangewezen» Tegelijk met deze begrotingen bieden wij U het ontwerp-beleidsplan voor de periode 1978 tot en met 1982 aan. In afwijking van de in voorgaande jaren toegepaste methodiek hebben wij er behoefte aan in een afzonderlijk onderdeel van deze inleiding in te gaan op een aantal belangrijke algemene beleidsaspecten welke doorwerken in verschillende sectoren van gemeentelijke zorg. Vervolgens gaan wij in het tweede onderdeel van dit hoofdstuk in op de algemene financiële aspecten van het beleid. In het derde onderdeel wordt aan dacht besteed aan de totstandkomingsprocedure van het voorliggende ont werp-beleidsplan en treft U een toelichting op de opzet en indeling van dit ontwerp aan. A. Algemene aspecten van het beleid. De bestuurlijke reorganisatie in Nederland, welke thans in voorbereiding is, kan ver strekkende gevolgen hebben voor het functioneren van de gemeenten. Aan de van vele kanten geuite bezwaren dat de voornemens van de regering te centralistisch waren, is in het door de regering ingediende wetsontwerp inzake de reorganisatie van het binnenlands bestuur nauwelijks tegemoet gekomen. Met betrekking tot de decentralisatie van rijkstaken wordt volstaan met een beginselverklaring en een procedure om tot een zekere decentralisatie te komen; concrete voorstellen terzake ontbreken echter. Op dit moment moet de behandeling van het wetsontwerp door de Tweede Kamer worden afgewacht. Overigens is het nog de vraag of het nieuwe kabinet het wetsontwerp ongewijzigd zal handhaven. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft de bezwaren welke van gemeentezijde tegen het wetsontwerp bestaan in een schrijven ter kennis gebracht van de kabinets formateur. Op provinciaal niveau worden plannen voorbereid om te komen tot een gemeentelijke herindeling in Friesland. Het voorlopig standpunt van Gedeputeerde Staten te dezer zake beperkt zich voor wat Leeuwarden betreft tot de Groene Ster en de vliegbasis. Het doel van de beleidsvoornemens zowel op rijks— als op provinciaal niveau is te komen tot een beter en krachtiger bestuur in ons land. Het is onze overtuiging dat realisering van dit doel slechts mogelijk is indien een zo groot mogelijk takenpakket wordt toegedeeld aan de gemeenten, die immers de bestuurslaag vormen die het dichtst bij de bevolking staat.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1977 | | pagina 60