A 380.
C 381
15 - 1
Par. 15 Beleidssector Overige uitgaven en inkomsten.
Uit de financiële beschouwingen
in het komende beleidsplan krij
gen wij de indruk dat de over
schotten niet meer bij de afreke
ning blijken maar in het kader
van de planning ruw weg alvast maar
geschat worden. Bij ons wekt dit
gemengde gevoelens, enerzijds het
gevoel dat het nogal meevalt al
lemaal, anderzijds het gevoel dat
het gemeentelijk beleid zéér voor
zichtig wordt uitgestippeld. Is
het gezien het wensenlijstje en
het verhaal dat gemeenten alsmaar
tekort komen niet gewenst dat er
geen overschotten worden geraamd,
doch zo veel mogelijk flexibel te
ramen zodat zo snel mogelijk de
beleidswensen kunnen worden uit
gevoerd in het jaar dat daarvoor
geld beschikbaar is?
380. Als gevolg van onverwachte financiële
meevallers ten bate van de dienst
1976 o.a. door hogere uitkeringen
uit het gemeentefonds en een hogere
winstuitkering van de N.V. Frigas
laat het zich aanzien dat 1976 een
aanzienlijk overschot te zien zal
geven. Soortgelijke hogere uitkerin
gen zullen deels ook voor 1977 mee
vallers opleveren. Wij achten het
niet juist deze overschotten eerst
bij de afrekening van de diensten
1976 en 1977 te presenteren en er dan
een bestemming aan te geven. Wij me
nen dat deze overschotten al in een
veel eerder stadium een functie in
de gemeentehuishouding kunnen vervul
len. Wij willen met klem benadrukken
dat deels onvoorziene oorzaken heb
ben geleid tot de meevallende uit
komsten. Wij achten het niet verant
woord in het beleidsplan voor de ko
mende jaren voor dergelijke onvoor
zienbare meevallers bedragen in te
bouwen. Uw gevoelens dat het ener
zijds wel wat meevalt en anderzijds
dat het gemeentelijke beleid zeer
voorzichtig wordt uitgestippeld kun
nen wij dan ook niet zonder meer on
derschrijven.
Het is volstrekt onzeker of het re
sultaat van de komende jaren weer
zal meevallen.
Bij het uitstippelen van het voorge
stelde beleid baseren wij ons op de
thans aanwezige informatie t.a.v. de
financiële mogelijkheden en de voor
zienbare vaak onafwendbare ontwikke
lingen in het uitgavenpakket. Ten
slotte merken wij op dat deze mee
vallers voor Leeuwarden geen uitzon
dering zijn, doch bij alle gemeenten
voorkomen.
Zie verder het antwoord op vraag 381
Het staatje op blz. 1-10 geeft
een enigszins onregelmatig
beeld, het jaar 1980 springt er
sterk positief uit en het batig
saldo in 1982 is slechts zeer
gering. Zou het vanuit plannings
oogpunt niet gewenst zijn om de
verwachte saldi van de jaren
1977 t/m 1980 reeds nu een zoda
nige bestemming te geven dat een
evenwichtiger beeld over de ge
hele beleidsperiode ontstaat?
381. Be uitkomsten van jaren die van de
planningperiode deel uitmaken kun
nen niet zonder meer met elkaar
worden vergeleken. Hiervoor zal
eerst wegens incidentele uitgaven in
1978 en 1979 een correctie moeten
worden toegepast. Na het aanbrengen
van deze correctie krijgen we het
volgende beeld.
