2 - 1
Par. 2. Beleidssector Openbare Veiligheid.
A. Algemeen.
C 43. De raad heeft weinig inzicht in
het beleid t.a.v. openbare orde
en veiligheid. Acht uw college
c.q. hoofd van de politie het ge
wenst of mogelijk om langs de
weg van een periodiek gesprek
met de raadsleden die t.a.v. deze
zaak ook een stuk verantwoorde
lijk hebben hierin verbetering
te brengen?
V 44. Welke motivering gebruikt u om
in Leeuwarden 4 boventallige
agenten aan te stellen?
P 45. Acht het college het met ons zin
vol dat de reinigingspolitie
periodiek een overzicht van haar
bevindingen samenstelt en de raad
hierover informeert?
C 46. Tijdens de nachtelijke uren, en
dan vooral in de weekends, blijkt
steeds dat er onvoldoende bescher
ming geboden kan worden aan mensen,
goederen en eigendommen.
Kan de politie hier niet meer aan
dacht aan besteden?
43. Het ligt in het voornemen om een
raadsadviescommissie bestuurlijke
aangelegenheden en openbare orde in
te stellen. Dit punt zal in de raad
aan de orde komen met de nota over
de structurering van de functionele
raden en de commissies.
44. Met de formele sterkte kan de politie
taak niet op voldoende wijze worden
vervuld.
45. Wij zijn bereid periodiek een over
zicht omtrent de werkzaamheden van
de reinigingspolitie voor de raad ter
inzage te leggen.
46. Met de bezetting waarover wij in
Leeuwarden kunnen beschikken wordt
getracht zoveel mogelijk taken, waar
onder de in de vraag bedoelde, uit
te voeren.
V 47» Welke zijn de niet genoemde toe- 47»
genomen taken (biz. II-2-1beleids
plan 1978-1982, 2e regel van onde
ren)?
Hiertoe mogen wij u verwijzen naar de
toelichting op volgnr. 74- Daarenboven
valt over de hele lijn een toeneming
van de werkzaamheden te constateren,
zoals bij de recherche en bij de sur
veillance
B. Bijzondere wetten.
C 48. Aan de raad is.de toezegging gedaan 48. Deze aangelegenheid is inmiddels op
te onderzoeken of de "horeca-vrije- 17 oktober j.l. in de raad aan de orde
zone" uitgebreid kan worden. geweest.
Kunt u mededeling doen wanneer dit
onderzoek ten einde is en wanneer,
eventueel, een nieuw voorstel de
raad kan bereiken?
C 49» Verdient het geen aanbeveling om 49/ Over de toepassing van de hierbedoel-
vooral voor de binnenstad, art. 5«3 50» 8.e bepalingen van de Drank- en Horeca-
van de Drank- en Horecaverordening verordening hebben ons geen concrete
wat meer toe te passen? klachten bereikt.
C 50. Waarom wordt art. 79sub 1-d, van
de Drank- en Horecaverordening niet
vaker gehanteerd?