- 2 - 2. Voorts heeft een commissie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, sub a tot en met f met inachtneming van het bepaalde in artikel 5, eerste lid, tot taak de gemeenteraad desgevraagd dan wel uit eigen beweging van advies te dienen betreffende de aangelegenheden, als bedoeld in het eerste lid. 3. De commissie als bedoeld in artikel 1, eerste lid, sub g, heeft met inachtneming van het bepaalde in artikel 5, eerste lid, tot taak de gemeenteraad desgevraagd dan wel uit eigen beweging te adviseren over algemene financiële problemen van de gemeente. Aan deze commissie is tevens opgedragen het nazien van de gemeentere kening. D. Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd: a. De leden 1 tot en met 3 worden genummerd 2 tot en met 4. b. Ingevoegd wordt een nieuw eerste lid luidend: 1. Burgemeester en Wethouders stellen, behoudens voor vergaderingen als bedoeld in het derde lid, de punten vast die in een commissie aan de orde komen. E. In artikel 6, eerste lid, vervallen de woorden "behalve de voorzitter" en "andere" In het tweede lid van dit artikel vervalt de tweede volzin. In het derde lid van dit artikel wordt gelezen voor "a tot en met c": "a tot en met f F. a. Artikel 7, eerste en tweede lid, wordt gelezen: 1De commissie kan niet-raadsleden, voorzover niet werkzaam in dienst van de gemeente, raadplegen over bij haar in behandeling zijnde za ken en kan hen uitnodigen om een vergadering van haar bij te wonen en de commissie daarin van advies te dienen. 2. De wethouder, op wiens portefeuille de werkzaamheden van een commis sie betrekking hebben, kan zich in de vergadering van een commissie doen bijstaan door een of meer andere ambtenaren van de gemeente dan de secretaris van de commissie. b. Lid 3 wordt genummerd lid 4; ingevoegd wordt een nieuw lid 3 luidend: 3. De commissie kan besluiten om ter vergadering personen die daartoe de wens te kennen geven in de gelegenheid te stellen een toelichting te geven op in de vergadering aan de orde zijnde onderwerpen. G. Artikel 8, eerste lid, wordt gelezen: 1. De commissie vergadert in het openbaar over voorstellen van Burgemeester en Wethouders aan de raad; over alle overige zaken vergadert zij in be sloten zitting. De deuren van een openbare vergadering worden gesloten, wanneer een derde der aanwezige leden het vordert of de voorzitter, dan wel de wethouder op wiens portefeuille de werkzaamheden van de commissie betrekking hebben, het nodig acht. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden vergaderd. Het besluit daartoe behoeft de stemmen van tweederde der aanwezige leden. II. Te bepalen dat dit besluit in werking treedt op 1 september 1978. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Verlenen van medewerking voor het stichten van een roomskatholieke school voor gewoon lager onderwijs in de wijk Camminghaburen. Bijlage no. 261Leeuwarden, 27 juli 1978. Aan de gemeenteraad. Het bestuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Leeuwarden gevestigd te Leeuwarden, verzoekt bij brief van 20 april 1978, ingekomen op 25 april 1978, om medewerking voor het stichten van een school voor gewoon lager onderwijs in de nieuwe wijk Camminghaburen. Genoemd bestuur baseert zijn aanvraag op de in paragraaf 352 van het door TJ op 19 december 1977 vastgestelde bestemmingsplan Camminghaburen ten behoeve van het onderwijs opgenomen gegevens. Uitgaande van een capaciteit van ca. 4500 woningen, een op basis van een gemiddelde woningbezetting van 2,75 berekend aantal van 25 leer lingen per 100 woningen en een belangstellingspercentage voor het rooms katholiek onderwijs van 10, zal aan 113 leerlingen onderdak moeten worden geboden. In het te stichten schoolgebouw, dat zal worden gesitueerd in de op kaart 10 van het bovengenoemde bestemmingsplan aangegeven centrum- lokatie voor bijzondere scholen, zal op basis van een klassegemiddelde van 25, behoefte zijn aan vier leslokalen, aan te vullen met de noodzakelijke nevenruimten. Bij het verzoek om medewerking zijn geen lijsten gevoegd met de handtekeningen van de ouders en de namen van de kinderen, die de te stichten school zullen bezoeken. Weliswaar eist de Lager-onderwijswet 1920, dat bij aanvragen om medewerking voor schoolstichting een ver klaring is gevoegd, waaruit blijkt, dat de te stichten school door een bepaald minimum-aantal kinderen (100) zal worden bezocht, doch blijkens de ter zake bestaande jurisprudentie behoeft deze verklaring niet in alle gevallen een van de handtekeningen van ouders voorzien stuk te zijn. In bepaalde gevallen kan ook met een verklaring van het school bestuur genoegen worden genomen. In het onderhavige geval achten wij daartoe alleszins aanleiding. Aangezien de school bij de opening (de vermoedelijke openingsdatum is gesteld op 1 augustus 1981zal worden bezocht door het wettelijk vereiste minimum-aantal leerlingen en het verzoek om medewerking ook overigens voldoet aan de wettelijke vereisten, dient naar onze mening de gevraagde medewerking te worden verleend. Onder mededeling, dat de Commissie voor het Onderwijs zich met het vorenstaande kan verenigen, stellen wij U voor te besluiten overeen komstig bijgevoegd ontwerp.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 136