- 2 - Bovendien wordt door verstrekking van dienstkleding op dracht vermeden dat de kledingtoelage regelmatig moet worden aangepast. De eerdergenoemde werkgroep van het Centraal Orgaan meent dat de afschaffing van de kledingtoelage voor het thans in dienst zijnde personeel niet mogelijk is zonder compenserende maatregelen. In de loop van de diensttijd is nl. door middel van de kledingtoelage een iets hogere aanspraak op uitkering krachtens de TJitkeringsverordening functio neel leeftijdsontslag en op pensioen krachtens de Algemene "burgerlijke pensioenwet opgebouwd. Bij afschaffing van de kledingtoelage gaan genoemde hogere aanspraken verloren, hetgeen zwaarder weegt naarmate men een langere diensttijd heeft en de datum van ontslag dichterbij is of zelfs wanneer men reeds een uitkering wegens functioneel leeftijdsontslag geniet. De werkgroep stelt danook in de eerste plaats voor om door middel van een overgangsbepaling te regelen dat voor degenen die reeds een uitkering wegens functioneel leeftijdsontslag genieten, de afschaffing van de kledingtoelage geen financiële gevolgen heeft. In de tweede plaats meent de werkgroep dat compensatie moet worden gegeven aan de actief dienenden, die de leeftijd waarop zij ontslagen zullen worden wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd of de leeftijd geldend voor functioneel leeftijdsontslag, tot op 15 jaar en minder zijn genaderd. Aan de hand van een aantal voorbeelden komt de werkgroep tot een uitkering-ineens van 150,per leeftijdsjaar, te beginnen bij de leeftijd van 40» 45 of 50 jaar, respectievelijk voor ambtenaren, die de dienst met functioneel leeftijdsontslag verlaten op 55 en 60 jarige leeftijd en voor ambtenaren, die de dienst eerst verlaten bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd (65 jaar). De werkgroep is er zich van bewust dat het om een zeer algemene benadering gaat en dat meerdere mogelijkheden en vooral verfijningen denkbaar zijn, maar is van oordeel dat een eenvoudige regeling psychologisch het beste zal aanspreken en daarom de voorkeur verdient. Wij zijn van mening dat de toekenning van een uitkering-ineens op de voet van de door de werkgroep ontworpen regeling juist is. Daarbij moeten, zoals boven reeds gezegd, drie situaties worden onderscheiden, nl. die met betrekking tot de ambtenaren van de brandweer, die bij het bereiken van de 55-jarige, resp. 60-jarige leeftijd functioneel leef tijdsontslag krijgen en die met betrekking tot de parkeer- en reinigings controleurs, die geen recht op functioneel leeftijdsontslag hebben en bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd ontslagen worden. Tenslotte stelt de werkgroep voor de bestaande kledingschulden te vereffenen door het aan de ambtenaar toebehorende kledingpakket over te nemen tegen kwijting. Ook met dit voorstel hebben wij ons kunnen verenigen. Om de bovenomschreven voorzieningen te realiseren dient de Bezol digingsverordening i960 te worden gewijzigd, dient het Kledingreglement ook van toepassing te worden verklaard op het brandweerpersoneel en de parkeer- en reinigingscontroleurs en zal een besluit moeten worden genomen tot toekenning van een uitkering-ineens. Onder mededeling dat de Commissie voor Georganiseerd Overleg zich met de voorgenomen voorzieningen heeft ktinnen verenigen stellen wij U voor over te gaan tot vaststelling van bedoelde concept-besluiten. De datum van ingang zullen wij bepalen in overleg met de betreffende diensthoofden en de medezeggenschapscommissiemet wie ook overigens het nodige overleg over de praktische uitwerking zal worden gevoerd. .Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, Burgemeester J. ten Brug loco Secretaris L.P.A. van Kats loco

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1978 | | pagina 151