No. 11867.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende, dat het noodzakelijk is de beslissing op de be
roepschriften van de heer J. Veeman en de heer E. Smits, beide te
Leeuwarden ingekomen op respectievelijk 26 april en 26 mei 1978,
tegen de beschikkingen van Burgemeester en Wethouders van 28 maart
1978, nr. B 23/78 tot weigering van een bouwvergunning en van
18 april 1978, nr. B 68/78, tot aanhouding van de beslissing op een
bouwaanvragete verdagen;
gezien het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 17 au
gustus 1978 (bijlage no. 296);
gelet op artikel 51, derde lid van de Woningwet;
BESLUIT:
de beslissing op de beroepschriften van de heer J. Veeman en de heer
E. Smits, beide te Leeuwarden, te verdagen tot uiterlijk respectie
velijk 26 september en 26 oktober 1978.
Aldus vastgesteld in de openbare verga
dering van
Voorzitter.
Secretaris.
Beschikbaar stellen krediet voor de verbetering van het complex
160 woningen de Greuns.
Bijlage no. 297* Leeuwarden, 17 augustus 1978.
Aan de gemeenteraad.
Het Gemeentelijk Woningbedrijf heeft een plan ontwikkeld, dat
voorziet in de uitvoering van een aantal onderhouds- en verbeterings
werkzaamheden aan 160 gemeente-woningen de Greuns (Schepenbuurt)
Het voorliggende plan is het resultaat van overleg met het wijkkomité
Schepenbuurt. Dit komité heeft de bewoners geënquêteerd over de voor
genomen verbeteringsplannen.
Bij alle 160 woningen dient de keukenaccommodatie te worden ver
beterd, terwijl tevens enige achterstallige onderhoudswerkzaamheden
moeten worden uitgevoerd. Uit de bewoners-enquête kan worden afgeleid,
dat in 60 woningen een douche- en een centrale verwarmingsinstallatie
kan worden aangelegd.
De totale kosten kunnen als volgt worden samengevat:
- achterstallig onderhoud bij 160 woningen 2.018.082,
- vernieuwen keukens bij 160 woningen 251.125,
- douches bij 60 woningen 235*599,
- c.v. bij 60 woningen 289*562,
2.794*368,—
Aan de huurders van de woningen waarbij uitsluitend achterstallig
onderhoud plaats vindt, zal geen huurverhoging in rekening worden ge
steld. Daar waar geriefsverbeteringen optreden zoals bij de aanleg
van een douche- en centrale verwarmingsinstallatie het geval is, dient
naar verhouding van de investeringskosten een huurverhoging te worden
gevraagd. Indien beide voorzieningen worden aangebracht, dan bedraagt
de gemiddelde huurverhoging, overeenkomstig de ministeriële richtlijnen
48,per maand per woning.
De Hoofdingenieur-Directeur van de Volkshuisvesting in onze
provincie kan zich met het verbeterings- en onderhoudsplan en de daaraan
verbonden kosten verenigen.
De kapitaallasten hebben wij op basis van een rentevergoeding van
8% op 249*621,berekend. Rekening houdend met de meerdere huur
opbrengsten zal de exploitatierekening van dit complex na de verbetering
een tekort van circa 180.000,te zien geven.
In dit exploitatietekort kan door het Rijk tot maximaal 50% een
bijdrage worden verstrekt. De naar verwachting gedurende 4 jaar ten
laste van de Gemeente blijvende tekorten kunnen worden gedekt ten laste
van de Algemene Bedrijfsreserve bij het Woningbedrijf.