- 26 -
- 27 -
Artikel LXIII.
A. Aan artikel 254, eerste lid, wordt een bepaling toegevoegd, luidende:
j. de inrichting van een lift in hoge gebouwen als brandweerlift
B. In het tweede lid vervalt het gestelde onder a en wordt b t/m f ver-
letterd tot a t/m e.
C. In het derde lid wordt het jaartal 1957 vervangen door 1970.
Artikel LXIV.
Van artikel 257 worden het tweede, derde en vierde lid vervangen door:
2. Wanden die binnen een gebouw van liftmachineruimte begrenzen, moeten
aan dezelfde eisen voldoen als de schachtwanden van een lift.
5- Vloeren van een liftmachineruimtedie zich boven een liftschacht
bevinden, alsmede luiken in die vloeren, moeten zijn samengesteld
uit onbrandbaar materiaal en een brandwerendheid, gebaseerd op het
criterium van bezwijken, hebben van ten minste 30 minuten.
4. Ventilatie van machineruimten waarin een liftmachine is opgesteld
met een vermogen van meer dan 2 kW mag niet plaatsvinden door
openingen in binnenwanden die machineruimten scheiden van een woning,
een wooneenheid, een vluchtweg of van een ruimte met een hoge vuur-
belasting.
Artikel LXV.
In artikel 259 wordt in het tweede lid de hoogte van 12,5 m gewijzigd
in 13 m.
Artikel LXVI.
Van artikel 260 wordt de tekst vervangen door:
Bij toepassing van glas in een verticale afscheiding, niet zijnde een
beweegbaar raam, ter plaatse van een niveauverschil van meer dan 1 m,
moet een doeltreffende beveiliging tegen doorvallen van personen zijn
aangebracht tot een hoogte boven het hoogste niveau van:
a. ten minste 0,8 m indien dat niveauverschil niet meer dan 5 m
bedraagt;
b. ten minste 1 m indien dat niveauverschil meer dan 5 ui doch niet meer
dan 13 m bedraagt;
c. ten minste 1,2 m in alle overige gevallen.
Artikel LXVII.
Van artikel 263 wordt het opschrift vervangen door:
Nadere eisen aan gebouwen uit historisch-esthetische motieven.
Artikel LXVIII
Van artikel 265 wordt het derde lid vervangen door:
3. Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in het vorige lid
ten behoeve van radiozendamateurs-aan wie door de daartoe bevoegde
instantie een zendmachtiging is verleend, alsmede ten behoeve van ont-
vangamateurs.
Artikel LXIX
Van artikel 266 worden het opschrift en de tekst vervangen door:
Herziening en vervanging van NEN-normen, Nederlandse praktijkrichtlijnen,
keuringseisen en voorschriften
Onverminderd het bepaalde in artikel 376, lid 2, zLjn burgemeester en wethou
ders bevoegd om rekening te houden met de herziening en vervanging van NEN-
normen, Nederlandse praktijkrichtlijnen, keuringseisen of voorschriften waar
naar in deze verordening, of in de krachtens deze verordening vastgestelde
nadere regelen, wordt verwezen, indien de bevoegde instantie de betrokken
norm, praktijkrichtlijn, keuringseis of het voorschrift heeft herzien of ver
vangen en die herziening of vervanging heeft gepubliceerd.
Artikel LXX
Aan artikel 267 wordt toegevoegd een punt d, luidende:
d. van de bepalingen van de afdelingen B, C en D van dit hoofdstuk en van
de krachtens deze bepalingen gestelde nadere regelen voor het verbouwen van
een niet tot bewoning bestemd gebouw met een breedte van ten minste 4 ni
tot een bewoning bestemd gebouw, voor zover aan de bedoelde bepalingen niet
kan worden voldaan, doch met de verbouwing niettemin voldoende belangen
van volkshuisvesting zijn gediend.
Artikel LXXI
Van artikel 271 wordt het opschrift vervangen door:
Vrijstelling voor gebouwen uit historisch-estetische motieven
Artikel LXXII
Van artikel 358a wordt het tweede lid vervangen door:
2. Vrijstelling kan worden verleend van het bepaalde in het vorige lid ten
behoeve van radiozendamateurs aan wie door de daartoe bevoegde instantie
een zendmachtiging is verleend, alsmede ten behoeve van ontvangamateurs
Artikel LXXIII
Opgenomen wordt een nieuw artikel 386a, luidende:
Gebruik van mechanische ventilatietoestellen
1Het is verboden om op ventilatiekanalen, bestemd voor natuurlijke ven
tilatie, toestellen voor mechanische ventilatie zodanig aan te 3luiten
dat bij uitgeschakelde motor de natuurlijke werking van het ventilatie
kanaal onvoldoende wordt.