-2-
Overigens dient erop gewezen te worden dat een algemene voorziening er
weliswaar op gericht is kinderen toe te laten ongeacht de motieven die
tot de plaatsingsaanvrage hebben geleid, doch dat bij een in verhouding
tot het aantal plaatsen te grote aanmelding van kinderen aan een toela
tingsbeleid en het hanteren van kriteria daarvoor, niet valt te ontkomen.
Voor alle duidelijkheid dient vastgesteld te worden dat een alg 'mene
voorziening niet hetzelfde is als een basisvoorziening (als bijv. onder
wijs); in het laatste geval heeft iedere burger recht op een dergelijke
voorziening met daarbij voor de overheid de plicht om voor voldoende mo
gelijkheden te zorgen.
In dit verband kan gewezen worden op het naast elkaar bestaan van verschil
lende opvattingen in onze samenleving die, teruggebracht tot hun essentiële
verschillen, globaal als volgt kunnen worden aangeduid.
Enerzijds de opvatting dat er meer mogelijkheden voor ouders en hun kin
deren geschapen moeten worden om hun bestaan op eigen wijze inhoud en ge
stalte te geven en om zich te kunnen ontplooien; opvang, verzorging en
opvoeding van kinderen in groepsverband buiten gezins- of familieverband
kan daarbij gewenst en acceptabel zijn. In deze opvatting wordt het tra
ditionele gezinspatroon waarin de vader kostwinner is en de moeder de zorg
voor kinderen en huishouden op zich heeft genomen, niet meer als het enige
uitgangspunt beschouwd. De (gemeentelijke) overheid kan tot taak hebben
tegemoet te komen aan de hieruit resulterende behoefte aan kinderopvang,
hetgeen ervoor zou pleiten een kinderdagverblijf als een algemene voor
ziening aan te merken.
Anderzijds best at bij grote groepen in de samenleving de opvatting, dat
de ouders in eerste instantie verantwoordelijk zijn voor hun kinderen en
dat opvang, verzorging en opvoeding van de kinderen in principe in het
gezin behoren plaats te vinden. In deze opvatting wordt het traditionele
gezinspatroon als uitgangspunt genomen. Slechts indien zeer dringende om
standigheden van sociale en/of medische aard dit noodzakelijk maken kan
er reden zijn om hiervan af te wijken. De (gemeentelijke) overheid draagt
dan ook slechts de verantwoordenjkheid om te voorzien in de behoefte
aan kinderopvang, indien er sprake is van duidelijke noodsituaties. Dit
zou er toe leiden een kinderdagverblijf te b schouwen als een specifieke
voorziening.
Tot slot zij hier opgemerkt, dat het Werkverband zich uitgesproken heeft
voor een algemene voorziening, waarbij tevens de overweging een rol ge
speeld heeft dat het vanuit pedagogisch en psychologisch oogpunt gezien
niet ideaal lijkt om slechts kinderen het Kinderdagverblijf te laten be
zoeken die op enigerlei wijze vanuit een noodsituaties daar geplaatst zijn.
De Raden voor Jeugdaangelegenheden en Maatschappelijke Dienstverlening
hebben zich eveneens uitgesproken voor een algemene voorziening.
2. Centraal-Gedecentraliseerd.
Gedecentraliseerde kinderopvang biedt bepaalde voordelen boven één cen
trale voorziening. Zo wordt bij gedecentraliseerde opvang de scheiding,
zoals die thans in het Kinderdagverblijf bestaat tussen het kind en zijn
directe leefwereld verminderd.
De isolementspositie van het kind in de "vreemde" buurt wordt opgeheven
en er kan weer een natuurlijke aansluiting ontstaan met de eigen buurt,
de buurtschool, de straat en het milieu van het kind. Ook van voorzieningen
in buurt en wijk (clubs, vakantie-aktiviteiten, bibliotheken, buurthuis
etc.) kan door de kinderen gebruik worden gemaakt;
bovendien kunnen het gedecentraliseerde Kinderdagverblijf en deze voorzie
ningen op elkaar inspelen. Bij decentralisatie kunnen de kinderen meer
naar buiten treden en zijn zij minder aangewezen op de groep binnen het
Kinderdagverblijf
Dit kan bevorderen, dat zij leren meer initiatieven aan de dag te leggen
en zich beter en zelfstandiger te ontwikkelen, hetgeen van pedagogische
waarde kan zijn.
Gedecentraliseerde opvang geeft meer mogelijkheden om de ouders bij het
gebeuren te betrekken. Op eventueel in gezinnen bestaande problematiek
komt meer zicht. Ouders hebben meer kans om elkaar te leren kennen en om
gezamenlijke problemen op te lossen.
Het typisch "instellingsachtige" wat alleen al door de omvang een cen
trale voorziening altijd enigeszins kenmerkt, kan bij decentralisatie
verminderd worden. Bovendien ontstaat er een grotere mate van bereikbaar
heid; de kinderen hoeven niet meer over meer of minder lange afstanden
vervoerd te worden.
Voor een centrale voorziening pleit, dat, indien niet in elke wijk een
kinderdagverblijf aanwezig is, de centrale bereikbaarheid voor de gehele
gemeente wordt gegarandeerd. In praktische zin is in de Leeuwarder om
standigheden een centrale vestiging ook voor de hand liggend, omdat de
behoefte aan kinderopvang in de binnenstad momenteel verhoudingsgewijs
groot is en die in andere wijken overtreft.
Een centrale voorziening waarin middelen, mogelijkheden, kwaliteiten en
deskundigheden zijn geconcentreerd en gebundeld, kan een belangrijk voor
deel zijn voor een ook uit pedagogisch oogpunt verantwoorde kinderop
vang. Een dergelijke voorziening biedt meer mogelijkheden voor verschui
vingen in groepssamenstelling, gecombineerd gebruik van (specifieke) ruim
ten en middelen (bijv. baby-opvang) e.d.
Het Werkverband heeft zich uitgesproken voor een Kinderdagverblijf als ge
decentraliseerde voorziening. De raden voor Jeugdaangelegenheden en Maat
schappelijke Dienstverlening zijn dezelfde mening toegedaan.
Gemeentelijk - Regionaal.
Ten aanzien van de keuze voor een Kinderdagverblijf als regionale dan wel
gemeentelijke voorziening, spelen inhoudelijke argumenten in veel min
dere mate en rol.
Indien U van mening bent dat het Kinderdagverblijf zonder meer een gede
centraliseerde voorziening m et zijn op grond van de hierboven genoemde
argumenten, kan dit tevens impliceren dat in een dergelijke setting voor
kinderen van buiten onze gemeente g en plaats meer is.Daarnaast zou het
gegeven, dat slechts over beperkte acco :modatie kan worden beschikt en er
een wachtlijst voor toelating bestaat, een reden kun en zijn om te kiezen
voor het primair toelaten van kinderen vanuit onze eigen gemeente.
Anderzijds kan de centrumfunctie die Leeuwarden op het terrein van voor
zieningen inneemt niet ontkend worden, hetgeen zou kunnen betekenen dat
er in onze stad gelegenheid geboden zal moeten worden voor de opvang van
kinderen van ouders die elders in de regio wonen (maar bijv. in Leeuwarden
werken)
Op de financiële aspecten die samenhangen met het plaatsen van kinderen
uit buitengemeenten komen wij hieronder nader terug.
Het Werkverband Kinderdagverbli.jven en de Raden voor Jeugdaangelegenheden
en Maatschappelijke Dienstverlening zijn van mening, dat het Kinderdag
verblijf een gemeentelijke voorziening dient te zijn.
Conclusie
Gelet op bovengenoemde overwegingen zijn wij van mening:
1dat de argumenten die pleiten voor het beschouwen van het Kinderdag
verblijf als een algemene voorziening zwaarder wegen don die voor een
specifieke voorziening en dat derhalve als uitgangspunt voor beleid ge
nomen moet worden dat het Kinderdagverblijf een algemene voorziening is
2. dat de argumenten die pleiten voor een gedecentralisterde opzet van
het Kinderdagverblijf van zodanig belang moeten worden geacht, dat
naast een centr le v orziening geleidelijk ges reefd zou moeten worden
naar gedecentraliseerde voorzieningen;
3. dat het Kinderdagverblijf als een gemeentelijke voorziening met een
regionale functie dient te worden beschouwd.