34. In tabel 6, onder B, pt.7, wordt de eis gewijzigd in* TOETS» model»bouwverordening logiesgebouwen V.N.G., artikel 92. 35. In tabel 6, onder 0, pt.2.1.2., wordt de eis gewijzigd in» VERBOD, behoudens in directiekamers en a.v.p.o. in gemeenschappe lijke ruimten voor dagverblijf, mits voldaan aan NEN 3892, pt. 4-2. bovendien: - voorziening voor het weren van personen of goederen binnen een afstand van 0,60 m van de vuurkorf; - doelmatig vonkenscherm. 36. In tabel 8, worden in de Wenken voor de toepassing onder pt. 1, de volgende wijzigingen aangebracht: OUD NIEUW NEN 1014 1971 NEN 1014 1971 (met aanvul ling 1976) NEN 1078 19é3 (met aanvul- NEN 1078 1976 ling 1969) NEN 3152 1966 NEN 3892 1975 37. In tabel 8, onder C, pt.2.1.2. worden in de eis de woorden "NEN 3152, pt. 4,9", gewijzigd in: NEN 3892, pt.4.2. 38. Aan tabel 8, onder C, pt.2.3, wordt toegevoerd: 2.3.10 stookinstallaties voor VISA-voorschriften, aardgas met een advies VISA—inspecteur. maximum-belasting groter dan 600 kW ARTIKEL III Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar afkondiging. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Memorie van Toelichting bij de tweede wijziging van de Brandbeveili gingsverordening Leeuwarden. A. Artikelsgewijze toelichting op de wijziging en de aanvulling van artikelen van de Brandbeveiligingsverordening Leeuwarden. Artikel 2, eerste lid. De begripsomschrijvingen van "gasafvoerkanaal" en "rookkanaal" zijn in overeenstemming gebracht met die welke ter zake in de modelbouw verordening zijn opgenomen. Toegevoegd is een begripsomschrijving van een vluchtweg. Artikel 3a. Het nieuwe artikel 3a_beoogt buiten twijfel te stellen de bevoegdheid een vergunning of ontheffing te wijzigen of in te trekken. In de bedoelde gevallen is het gewenst de houder van de vergunning of de ontheffing terzake te horen. Dat is nu als verplichting vastgelegde. Artikel 15. In de nieuwe tekst van het eerste lid is de verplichting opgenomen om op de verpakking zowel de naam van de stof als een aanduiding van het brandgevaar en van het gevaar bij brand aan te brengen. In het tweede lid wordt burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om de verplichting, neergelegd in het eerste lid, ook te doen gelden voor andere in artikel 11 genoemde stoffen. Artikel 28. Betreft een redactionele wijziging. Artikel 36. Dit oorspronkelijk uit twee leden bestaande artikel beoogt slechts het doen overstromen in een verkeerd vat te voorkomen. In de nieuwe re dactie komt dit duidelijker tot uiting. Artikel 38. In de praktijk is de behoefte gebleken aan een nadere precisering van de hier bedoelde voorwerpen. De bepaling is beperkt tot het vullen van genoemde voorwerpen; het hebben van met deze gassen gevulde voorwerpen wordt bestreken door artikel 14het vervoer daarenboven door de Wet gevaarlijke stoffen. Artikel 43, onderdeel a. Het nieuw ingevoegde artikel 3a (wijziging en intrekking van vergun ningen e.d.) vergt een aanpassing van de in artikel 43 neergelegde beroepsregeling. Artikelen 55, 58, 71, achtste lid. De Brandbeveiligingsverordening is blijkens de uitdrukkelijke uitzonderingen in de artikelen 55 en 58 niet van toepassing op inrichtingen, waarin bioscoopvoorstellingen worden gegeven, als bedoeld in de Bioscoopwet. Brandveiligheidsaspecten voor dat soort inrichtingen vonden immers regeling in die wet, zodat de gemeentelijke wetgever zich van het geven van voorschriften op dit punt moest onthouden.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 200