- 4 - Wijziging rechtspositieregelingen Bijage nr. 253 Leeuwarden, 12 juni 1980. Aan de Gemeenteraad. Als gevolg van de wijziging van de Algemene Kinderbijslagwet per 1 januari 1980, inhoudende onder meer dat de bestaande kinderbij- slagregelingen worden samengevoegd, tot één algemene, de qehele bevolking omvattende verplichte kinderbijslagverzekering met aan spraak op kinderbijslag vanaf het eerste kind, is de Kindertoelage- regeling overheidspersoneel, waarin de aanspraak op kindertoelage voor het eerste en tweede kind werd geregeld, komen te vervallen. Als gevolg hiervan moet een aantal rechtspositieregelingen aan de nieuwe situatie worden aange past.Het merendeel van de wijzigingen is van zuiver technische aard, met uitzondering van die, betrekking hebbende op artikel D4, leden 3 en 4 van het Algemeen Ambtenarenreglement, artikel 21, lid 1, van de Wachtgeldverorde ning en artikel 10, lid 1, van de Uitkeringsverordening. Het derde lid van artikel D4 van het Algemeen Ambtenarenreglement bepaalt dat voor een kind waarvoor de ambtenaar geen volledige kindertoelage ont vangt, de vakantietoelage van de ambtenaar wordt vermeerderd met 8% van de kindertoelage ingevolge de Kindertoelageregeling overheidspersoneel welke die ambtenaar voor dat kind geniet. Aangezien er volgens de nieuwe wettelijke regelen geen sprake meer zal zijn van onvolledige kindertoelage, wordt het bedrag per kind in de vakantietoelage voor de ambtenaar die geen volledige betrekking vervult naar evenredigheid verminderd. Voor wat betreft de Wachtgeldverordening en de Uitkeringsverordening is de regeling inzake het zgn. smartegeld aangepast aan de Rijksregeling, waar door het smartegeld ook de kinderbijslag voor het eerste en tweede kind omvat. De voor het rijkspersoneel geldende regeling inzake vervroegd uittreden is enigszins verruimd, waardoor degenen die een uitkering genieten ingevolge of overeenkomstig de normen van de Wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering ook in aanmerking komen voor vrijwillig vervroegd uittreden. Voorts telt voor de vereiste diensttijd van tien jaar behalve de diensttijd als burgerlijk ambtenaar ook diensttijd als beroepsmilitair en als spoorwegambtenaar mee. In verband hiermee moeten artikel H 12 a van het Algemeen Ambtenarenreglement en artikel 10, lid 1, van de Uitkeringsverordening vrijwillig vervroegd uit treden worden aangepast. Tevens dient laatstgenoemde verordening aangepast te worden in verband met het toepasbaar verklaren van de regeling inzake vrij willig vervroegd uittreden op de gemeentesecretaris en de noodzaak enkele taalkundige correcties aan te brengen. Over de diverse wijzigingen heeft het Centraal Orgaan overeenstemming bereikt met de organisaties van overheidspersoneel, zodat plaatselijk overleg achterwege kan blijven. Wij geven U in overweging over te gaan tot vaststel ling van bijgevoegde ontwerp-besluiten. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma, Burgemeester. W.3.G. Reumer, Secretaris. 17. alle kosten van overdracht, daaronder begrepen die van de levering van een af schrift van de overdrachtsakte ten behoeve van het gemeente-archief, komen voor rekening van de koopster. Aldus vastgesteld in de openbare vergade ring van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 509