- 2 - D. Artikel 20 wordt vernummerd tot artikel 20, eerste lid. Toegevoegd wordt een tweede lid luidende: 2. Onverminderd het bepaalde in artikel 21, zijn de verboden, genoemd in het eerste lid, onder a sub 1, 2 en 4, alsmede onder b en c niet van toe passing op het parkeren door abonnementhouders. E. Artikel 21 wordt gelezen als volgt: Het is de abonnementhouder verboden op een parkeerterrein of op een parkeer plaats bij een parkeermeter te parkeren zonder de betreffende parkeerappara- tuur in werking te stellen: a. indien het motorvoertuig niet is voorzien van een duidelijk zichtbaar be wijs, dat het parkeren op dit parkeerterrein of op deze parkeerplaats krachtens parkeerabonnement is toegestaan; b. in strijd met de aan het parkeerabonnement verbonden voorschriften. F. Artikel 23 wordt gelezen als volgt: Op overtreding van de artikelen 19, eerste lid, 20, eerste lid, aanhef en letters b, c en d, 21 en 22, eerste lid, wordt een geldboete gesteld van ten hoogste driehonderd gulden. G. Van bijlage A, behorende bij de Parkeer- en parkeergeldverordening 1978 komt in artikel 1, onder 1, bij de parkeerterreinen in de tariefklasse II het terrein achter de Mercuriusfontein te vervallen. H. In bijlage A, behorende bij de Parkeer- en parkeergeldverordening 1978, wordt aan artikel 2 onder 2, het volgende toegevoegd: bij wege van abonnement per kalendermaand 15,--. II. Inwerkingtreding. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand, volgende op die waarin de Koninklijke goedkeuring is verleend. Aldus vastgesteld in de openbare vergade ring van Voorzitter. Secretaris. Aankopen van en aangaan van ruilovereenkomsten m.b.t. een aantal onder Deinum en Boksum gelegen percelen weiland. Bijlage no. 255. Leeuwarden, 12 juni 1980. Aan de Gemeenteraad. Wij hebben met de eigenaren van de op de ter inzage gelegde tekeningen met een rode kleur aangegeven percelen weiland overeenstemming bereikt om trent de overdracht daarvan aan onze gemeente. Deze eigendomsverkrijging vindt plaats door aankoop en ruiling. Daartegenover staat de gemeente de op de bedoelde tekeningen met een groene kleur aangegeven percelen weiland in ruil af. De verwerving van de bedoelde, roodgekleurde percelen is van belang in verband met de toekomstige aanleg van de zuidtangent en de ontsluitings- weg van de industriegebieden aan de westzijde van de stad. De verkrijging dient deels te geschieden in het genot van pacht. De betreffende pachters hebben afstand gedaan van hun voorkeursrecht, als be doeld in artikel 56b van de Pachtwet. De daartoe strekkende verklaringen zijn mede ter inzage gelegd. De door de gemeente te betalen koopsommen zijn gebaseerd op door de directeur Grondbedrijf van de Dienst Stadsontwikkeling verrichte taxaties neerkomende op een bedrag van 3,25 per ca in verpachte toestand, terwijl de bij de ruilingen te betalen c.q. te ontvangen toegift is berekend naar een bedrag van 3,-- per ca over het oppervlakteverschil. Wij achten deze bedragen, alsmede de bedingen waaronder de aankopen en de ruilingen overigens kunnen plaatsvinden, aanvaardbaar voor de gemeente. Het advies van de Commissie voor het Grondbedrijf zal bij de ter inzage gelegde stukken worden gevoegd. Wij geven U in overweging te besluiten overeenkomstig de hierna afge drukte ontwerpen. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma, Burgemeester. W.3.G. Reumer, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 517