380.000,— - 4 - Wij merken hierbij op, dat het naar onze mening gewenst is bij de aanleg van cLe nieuwe brug over het Van Harinxmakanaal een onderdoorgang aan de zuidzijde in de Overijsselsestraatweg op te nemen. De kosten hiervan wijken nauwelijks af van die van het eventueel aan te brengen grondlichaam. Ingeval in de verre toekomst - met het oog op de locatie ten zuiden van Goutum - tot de uitbouw van het kruispunt Goutum wordt besloten, is de onderdoorgang nodig. Deze zal dan echter met aanzienlijk meer kosten moeten worden aangelegd. 8_;_ Ingediende bezwaren. De heren J.G. de Bruyn, R. Douna en D.J. Smit, wonende respectievelijk Boksumerdyk 4,*" 4b en 2, te Goutum, hebben bij brief d.d. 17 april J.l. bezwaren ingediend tegen de eventuele aanleg van de aftakking van de zuidtangent ten westen van de Overijsselsestraatweg conform tekening nr. 2-1539-13-02-03 (variant A)De brief ligt bij de stukken ter inzage. De intentie van deze bezwaren is als volgt: a. de woningen van reclamanten bevinden zich op een afstand van 40 m. van het aan te leggen wegdeel waartegen bezwaar wordt gemaakt. Deze afstand is kleiner dan volgens de door hen aangehaalde artikelen van de Wet Geluidhinder toelaatbaar is. De weg mag derhalve op grond van genoemde Wet niet worden aangelegd; b. het geprojecteerde wegdeel zal extra luchtverontreiniging veroorzaken; dit is strijdig met de Wet Luchtverontreiniging. Wij merken hierover het volgende op. ad a. De door reclamanten aangehaalde artikelen van de Wet Geluidhinder zijn op dit moment nog niet in werking getreden. Het onder a. omschreven bezwaar is derhalve formeel ongegrond. Afgezien van het vorenstaande, voorziet de Wet Geluidhinder in een procedure waarbij ondep meer in het onderhavige geval wel tot wegaanleg kan worden overgegaan. Dit laatste is zonder meer mogelijk, indien uit een akoestisch onder zoek blijkt, dat de in de Wet aangegeven maximale geluidbelasting aan de gevels der woningen niet zal worden overschreden. Mocht genoemde overschrijding wel dreigen, dan is aanleg van de weg in bepaalde gevallen toch toegestaan, indien Gedeputeerde Staten een verklaring van geen bezwaar afgeven. Het gestelde van reclamanten, dat de aanleg van dit wegdeel zonder meer is verboden, is derhalve onjuist. ad b. Het verkeer op dit wegdeel zal een zodanige intensiteit verkrijgen dat van strijdigheid met de Wet Luchtverontreiniging niet kan worden ge sproken. Voorts merken wij op, dat, ingeval U terzake van de varianten besluit conform ons voorstel, variant B zal worden aangelegd. De ingediende bezwa ren zijn dan niet meer relevant. Gezien het vorenstaande stellen wij voor de bezwaren ongegrond te ver klaren. Financiële aspecten. De aanlegkosten van dit deel van de zuidtangent worden globaal geraamd op 11,6 miljoen. In de ter inzage gelegde toelichting zijn deze kosten ge specificeerd. Met nadruk wordt gesteld, dat de raming zeer globaal is. Wij merken op, dat genoemde kostenraming is gebaseerd op het tracé met variant A. De kosten kunnen bij een keuze voor variant B wellicht iets lager uitvallen. Realisering zal pas mogelijk zijn nadat van rijkszijde een subsidietoe zegging is ontvangen. Het eventuele subsidie zal, naar wij verwachten, con form de oosttangent, 97i van de subsidiabele kosten zijn. Dit betekent, dat het voor rekening van de gemeente blijvende deel circa 5 bedraagt van de totale investering. Globaal komt dit neer op een bedrag van 580.000, De hieruit voortvloeiende kapitaallasten zullen te zijner tijd ten laste worden gebracht van de stelpost civieltechnische werken. Het beschikbaar komen van subsidie voor de aanleg van de zuid-tangent hangt in belangrijke mate af van de aanwezigheid van een uitvoerings- gereed plan. De kosten welke tot op heden zijn gemaakt alsmede de kosten welke zullen worden gemaakt voor het maken van een dergelijk plan, worden thans als volgt geraamd: kosten voorontwerp het maken van bestekken voor de bouw van twee bruggen over het Van Harinxmakanaal, voor het grondwerk aanleg eerste fase en voor het grondwerk verdubbeling R.W. 32 het maken van bestekken voor: de brug over de Zwette de brug over de Wirdumervaart grondwerk aanleg tweede fase onderdoorgang in bestaande oprit R.W. 32 onderdoorgangen in twee spoorlijnen 1.125.000, 100.000,— 100.000,— 200.000,— 100.000,— 200.000,— reeds verstrekte kredieten: maken voorontwerp ('76 en '78) 205.000, voorbereiding eerste fase ('78) 1.000.000, 2.205.000,— 1 .205.000,— af benodigd aanvullend krediet 1.000.000, Aangezien de dekking van het in 1978 beschikbaar gestelde voorbereidings krediet eerste fase ad 1.000.000,voor 100 ten laste van de op de stelpost voor uitvoering van civieltechnische werken voor 1979 geraamde kapitaallasten is gebracht en verwacht mag worden, dat bij uitvoering de totale kosten (inclusief de kosten'van voorbereiding) voor 95 door het Rijk zullen worden gedragen en voor 5 voor rekening van de gemeente zullen komen, kunnen de reeds gereserveerde kapitaallasten worden aange merkt als dekkingsmiddelen voor het uiteindelijk ten laste van de gemeente blijvende deel van de totale voorbereidingskosten met inbegrip van het thans gevraagde aanvullende krediet. 10Voorstel en verdere procedure. Wij stellen voor het tracé van de zuidtangent, tweede fase, zoals dat is weergegeven in het ter inzage gelegde "Voorontwerp zuidtangent gedeelte Goutum-Teerns d.d. november 1979"» vast te stellen, met dien verstande, dat voor de aansluiting op de eerste fase van de zuidtangent, alsmede op rijks weg 32 wordt uitgegaan van de opzet volgens tekening nr. 2-1339-13-02-11 (variant B) ïïadat terzake hebt besloten, zullen wij het plan bij de daarvoor in aanmerking komende departementen indienen met het verzoek de nodige finan ciële medewerking te verlenen. Verder zal overleg worden gevoerd met verschillende technische instan ties zoals Rijks- en Provinciale Waterstaat over de verdere uitwerking van het plan. Bovendien zullen wij opdracht geven om het bestemmingsplan voor het Buitengebied en het bestemmingsplan Goutum te doen wijzigen. Wij hebben de directeur Grondbedrijf van de Dienst Stadsontwikkeling inmiddels opdracht verstrekt de verwerving van de benodigde gronden ter hand te nemen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 547