II-1-4
In het kader van subsidieregelingen ter bestrijding van de werkloosheid waren
op 1 augustus 1980 de volgende aantallen personen in gemeentedienst werkzaam:
krachtens de Werkqeleqenheidsverruimende maatregel:
Secretarie 7
Schooladviesdienst 2
Dienst Stadsontwikkeling 18
Dienst Reiniging en Brandweer 2
Dienst Sociale Werkvoorziening 1
Markt- Haven en Slachthuisbedrijf 1
krachtens de Regeling Tijdelijke Arbeidsplaatsen:
Dienst voor Reiniging en Brandweer 2
totaal
33
De Werkgelegenheidsverruimende maatregel is in de plaats gekomen van de
Interimmaatregel Jeugdige Werklozen, de Regeling experimentele werkgelegen-
heidsobjecten voor vrouwen en de Regeling E- objecten.
Huisvesting gemeentelijke diensten.
In 1979 hebben wij U een overzicht gegeven van de huisvestingsproblematiek
van een aantal gemeentelijke diensten.
In het beleidsplan 1980-1984 hebben wij opgemerkt, dat als gevolg van de op
lossing van deze problematiek de huisvestingslasten van de betreffende diensten
in de komende jaren een belangrijke stijging zouden doormaken.
Overeenkomstig de door ons gedane toezegging dat een en ander in komende be
leidsplannen nader zou worden geconcretiseerd, hebben wij, tijdens de voorbe
reiding van de samenstelling van het beleidsplan 1981-1985, besloten een
commissie in te stellen met de opdracht om ons een zo volledig mogelijk in
zicht te verschaffen in de aan verschillende oplossingen verbonden financiële,
bouwkundige en personele aspecten.
Recentelijk heeft deze commissie een voorlopig en globaal rapport uitgebracht.
Uit de hierin aangereikte alternatieven is ons gebleken, dat de uit dit rap
port voortvloeiende huisvestingslasten een belangrijk (toenemend) beslag zouden
leggen op de jaarlijkse structurele begrotingsruimte in de planningperiode.
Daarbij komt dat de jaarlijkse structurele begrotingsruimte zich in de plan
ningperiode negatief ontwikkelt. De aanbevelingen van de Commissie Huisves
ting Gemeentelijke Diensten hebben wij daarom betrokken in het afwegingsproces
met betrekking tot de temporisering van de geraamde uitgaven op grond van
prioriteitsstelling. Met betrekking tot het te voeren beleid inzake de huis
vesting van de gemeentelijke diensten zijn wij tot de volgende conclusies
gekomen:
