II-15-3 De opbrengst van de onroerend-goedbelasting is gebonden aan wettelijke limieten. De opbrengsten van de gebruikers en de eigenaren mogen niet hoger zijn dan respectievelijk 12 en 15% van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, exclusief de factor sociale zorg. Bij een stijging van 6£% van het -eigenarentarief wordt de wettelijke limiet overschreden. Evenals de voorafgaande jaren is de raming van de opbrengst van de eigenaren derhalve beperkt tot de toegestane limiet, waardoor het eigenaren- tarief minder stijgt dan het gebruikerstarief. De raming van de opbrengst van de categorie gebruikers blijft ruim beneden de limiet. In verband met het door de Raad genomen besluit van 28 januari 1980, nr. 1631, waarbij de huisvuil- rechten voor het jaar 1980 achteraf met 8,40 per jaar werden verlaagd, is met ingang van 1981 een extra opbrengst uit de categorie gebruikers geraamd ten bedrage van 277.000,(inhaaleffect). Algemene uitkering uit het gemeentefonds (volgnr. 335). Aan de ramingen van de algemene uitkering uit het gemeentefonds ligt de cir culaire van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken van 27 juni 1980, nr. FV 80/U 444, de zogenaamde juli-circulaire ten grondslag. De voor 1981 toe te kennen accressen zullen als volgt beschikbaar komen: 1. een volume-accres van 1,5% inclusief een bedrag van landelijk gezien 45 miljoen ter bestrijding van nadelen voortvloeiende uit herverdelingsmaat- - regelen 2. volledige compensatie van de gevolgen van de algemene salarismaatregelen op de zogenaamde primaire en secundaire loonsom in de overheidssector van de gemeente; 3. een compensatie voor prijsverhogingen. Bij de raming van de algemene uitkering uit het gemeentefonds voor 1981 is -in aansluiting op de ramingen van de uitgaven- uitgegaan van de veronder stelling, dat de lonen en prijzen in 1981 ten opzicht van 1980 ongeveer zul len stijgen met respectievelijk 6 en 7 procent. Op basis van deze veronder stellingen, is de totale uitkering terzake -exclusief de verfijningsuitke ringen voor monumenten en rioleringen- geraamd op een totaal bedrag van 78.467.000,— Uitgaande van de juli-circulaire zou deze uitkering 75.882.000,bedragen. Het verschil ad 2.585.000,tussen genoemde bedragen wordt veroorzaakt door het feit, dat in genoemde circulaire de staatssecretaris uitgaat van een loon- en prijsstijging in 1981 voor beide componenten van 3|% ten opzichte van 1980. Bij de ramingen voor 1982 tot en met 1985 is rekening gehouden met de veronder stelling, dat onze gemeente van de herverdelingsmaatregelen van de middelen van het gemeentefonds jaarlijks tot een bedrag van naar raming 450.000, zal profiteren. Bij wijze van ervaring is tevens verondersteld, dat door bij stelling van uitkeringspercentages met jaarlijks 1 punt een extra bate kan

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 488