2; Vaststellen Accommodatienota. Bijlage nr. 378 Leeuwarden, 2 oktober 1980. Aan de Gemeenteraad. Het is reeds een aantal jaren geleden dat er een begin werd gemaakt met de inven tarisatie van sociaal-culturele voorzieningen in onze gemeente. Een korte schets van de gang van zaken sindsdien is gegeven in de U aangeboden en bij deze raadsbrief be horende "Accommodatienota"; kortheidshalve verwijzen wij U daarnaar. Door de lange voorbereidingsperiode van deze nota gingen de opvattingen over wat daarin aan de orde zou (moeten) komen een geheel eigen leven leiden totdat met het verschijnen van de concept-nota sociaal-culturele accommodaties in september vorig jaar daaromtrent duidelijkheid werd geboden. In verschillende van de op dat concept ontvangen reacties was enige teleurstelling te bespeuren over de "beperking" in de reikwijdte van het rapport tot overdekte sociaal-culturele accommodaties. Deze toespitsing op de sociaal-culturele sector en nog nader op buurt- en wijkaccommodaties is echter reeds in de beleidsplannen 1977- 1981 en 1978-1982 aangegeven. Gelet op de ontwikkelingen t.a.v. het welzijnsbeleid die sindsdien hebben plaatsgevonden zijn wij van mening dat de juistheid van de keuze voor de sociaal-culturele accommodaties slechts bevestigd is. Daardoor is bereikt dat aansluiting wordt gevonden bij de Rijksbijdrageregeling sociaal-culturele activitei ten en de in dat kader plaatsvindende lokale welzijnsplanning. De nota kan daardoor in een breder verband worden geplaatst. Immers, ten behoeve van de sociaal-culturele planning is het nodig dat het tot stand te brengen plan vergezeld gaat van een raming van onder andere de accommodatiebehoefte. De samenhang is ook nog anderszins van be lang. Verschillende van hen die op het concept reageerden wezen erop dat bij een prio riteitenstelling t.a.v. te realiseren accommodaties niet alleen uitgegaan kan en mag worden van oppervlaktecriteria, maar dat tevens de behoefte aan ruimte, o.m. tot uit- I drukking komend in de ontplooide en/of te ontplooien activiteiten, in de beschouwingen betrokken dient te worden. Wij delen die mening. In hoofdstuk 5 van de nota geven wij ook een aantal verfijningsmogelijkheden aan. Duist op het sociaal-culturele terrein zullen wij binnen afzienbare tijd in staat zijn om m.n. de ruimtebehoefte, gerelateerd aan geplande activiteiten, mee te wegen bij beslissingen omtrent het voldoen aan ac commodatie-wensen. Deze mogelijkheid bestaat dankzij de directe koppeling tussen het veld dat bestreken wordt door deze nota en de genoemde rijksbijdrageregeling. Speci fieke sportaccommodaties zijn om een tweetal redenen buiten beschouwing gelaten. In de eerste plaats bleken sportvoorzieningen geheel buiten het door de rijksbijdrage regeling aangegeven kader te vallen, behoudens de (ook in de nota opgenomen) sport kantines voorzover daarin sociaal-culturele activiteiten plaatsvinden. Daarnaast be staan er voor sportaccommodaties normen van de Nederlandse Sportfederatie, welke al gehanteerd worden in de gemeente Leeuwarden. De Raad voor Sportaangelegenheden zal hieraan overigens bij het opstellen van een nieuwe beleidsnota aandacht besteden. Blijkens het vijfde hoofdstuk van de nota leggen wij de prioriteit bij het realiseren van voldoende sociaal-culturele accommodaties op buurtniveau. Deze prioriteitstelling ligt in de lijn van eerdere uitspraken en beslissingen van de Raad. Reeds in het be leidsplan 1977-1981 werd vooruitlopend op de conclusies van een op te stellen accommo datie-nota een stelpost opgenomen voor kapitaallasten van wijkaccommodaties. Daartegen is ook in de binnengekomen reacties en adviezen (waarvan een samenvatting als bijlage bij de nota is gevoegd) geen bezwaar gemaakt. Naast een inventarisatie van de aanwezige en door instellingen en groeperingen ge wenste accommodaties wordt in de nota een uitvoerige vergelijking gemaakt tussen de wijken, buurten en dorpen in onze gemeente op basis van oppervlakte-criteria, hetgeen verhelderend werkt voor het inzicht in de accommodatie-verdeling over onze gemeente. Wij leggen op basis van deze gegevens, gekoppeld aan onze huidige kennis omtrent plaatsvindende activiteiten, de in paragraaf 5.6. opgenomen prioriteitenlijst aan U voor om als leidraad te dienen bij het tot stand brengen van nieuwe of het aanpas sen en/of uitbreiden van bestaande accommodaties in de komende jaren. Volg- Datum waarop het Schoolbestuur Medewerking te Toegepast no. verzoek is inge- verlenen voor wetsartikel, komen Albertine Agnes- school, Euterpe- straat 28-1; Koningin Emmaschool, Willem Sprenger- straat 77; Koningin Wilhelmina- school, Fontein straat 16; Maria Louiseschool Transvaalstraat 75; Oranje ïïassauschool Beukenstraat 1 Prins Bernhardschool Fam. van der Weij- straat 2; Prins Mauritsschool Brandemeer 1 Rehobothschool Pieter Feddesstraat Willem Bodewijk- school, Druifstreek 72; Willem de Zwijger- school, J.H. Knoop- straat 3 alle te Leeuwarden. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 191