- 71 -
Vuistregels voor accommodaties op WIJKniveau.
(15.000 - 25.000 inwoners)
Dienstencentra.
Per 600 potentiële cliënten (voornamelijk zelfstandig wonende
bejaarden) wordt als vuistregel gesteld een accommodatie van
minimaal 90 m2 en als deze tevens als informatie-,coördinatie-
en communicatiecentrum fungeert: 115 m2. De maximale loopafstand
mag niet meer dan 800 meter bedragen en een bushalte moet in de
directe nabijheid zijn.
In de praktijk heeft een dienstencentrum een oppervlakte van
250 tot 5^0 m2, hetgeen neerkomt op een cliëntenkring van 1300
tot 3600 personen per dienstencentrum (uit: Basisgegevens voor
zieningen in woongebieden, Bouwcentrum).
Wijkcentra.
Voor volksdans, dans, toneel, vereniging, vergadering e.d. is
per wijk een zaal van 250 m2 inclusief een los toneel, en twee
zalen van 60 m2 voor repetities, cursussen, verenigingen en
vergaderingen benodigd.
Andere ruimten.
Daarnaast zijn op wijkniveau nog andere, eventueel niet centraal
gegroepeerde, ruimten nodig: ruimten nodig voor verenigingen
vergaderingen, cursussen, hobby, muziek, toneel etc.
Per wijk is daarvoor naast reeds genoemde accommodaties voor
vergelijkbare doeleinden nodig: 1 zaal van 100 m2
2 zalen van 40 m2
3 zalen van 20 m2
Overige
Bij zondere
ruimten voor
j ongeren
(o.a. dansen) zijn P.M.
opgenomen.
Kinderdagverblijvenom de kinderen van o.a. de werkende ouders
op te vangen gedurende de gehele dag (inclusief de maaltijden)
wordt per wijk de norm gesteld op 250 m2.
Schema oppervlaktevuistregels voor accommodaties op WIJKniveau.
totaal
aantal accommo
minimale oppervlak
omschrijving
oppervlak
daties per wijk
per accommodatie
dienstencentra
90m2 per6oo
P.M.
90-115 m2
wijkcentra
370 m2
1
370 m2
andere ruimten
240 m2
P.M.
60 m2
bijzondere ruimten voor jongeren
P.M.
P.M.
P.M.
kinderdagverblijf
250 m2
1
250 m2
