Nr. 14184. DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 2 oktober 1980 (bij lage nr. 391); BESLUIT: vast te stellen de volgende Verordening tot wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van rechten voor de Beurs (2e wijziging). Artikel I. Artikel 1 wordt als volgt gelezen: Voor het verkrijgen van toegang tot en het hebben van een vaste tafel in de Beurs gedurende de uren, dat deze voor het publiek is opengesteld, worden rechten geheven. Artikel II. Artikel 2 wordt als volgt gelezen: Belastingplichtig is degene, die toegang tot de Beurs verlangt of een vaste tafei toegewezen krijgt. Artikel III. In artikel 3 wordt voor: 1,06" vermeld in het eerste lid onder a, gelezen 1,10; 37,--" vermeld in het eerste lid onder b, gelezen 39,--. Artikel IV. Artikel 4 wordt als volgt gelezen: Het recht voor het hebben van een vaste tafel in de Beurs bedraagt per kalenderjaar 225,--. Artikel V. Artikel 5 vervalt. Artikel VI. Artikel 6 wordt als volgt gelezen: De rechten worden verschuldigd op het tijdstip dat toegang tot de Beurs wordt ge vraagd of de toewijzing van de vaste tafel heeft plaatsgehad. Artikel VII. De artikelen 6 tot en met 10 worden vernummerd in 5 tot en met 9. Artikel VIII. Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1981. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van Voorzitter. Secretaris. Wijzigen Verordening op de heffing en invordering van haven- en opslaggeld. Bijlage nr. 392. Leeuwarden, 2 oktober 1980. Aan de Gemeenteraad. Wij stellen U voor de haven- en opslaggelden per 1 januari 1981 met 5 te verhogen. In de begroting voor 1981 is hiervoor reeds een stelpost van 6.500,-- opgenomen. Ten aanzien van het havengeld voor het innemen van een ligplaats door ple ziervaartuigen achten wij enige differentiatie naar de lengte van het vaartuig gewenst. Ook in andere gemeenten is dit gebruikelijk. Door de differentiatie wor den de vaartuigen ingedeeld in klassen met een lengte tot 7 meter, van 7 tot 10 meter en van 10 meter en meer. Dit heeft tot gevolg, dat de vaartuigen met een lengte van minder dan 7 meter voortaan minder havengeld betalen dan tot nu toe gebruikelijk is, terwijl de vaartuigen met een lengte van 10 meter en meer een hoger havengeld in rekening gesteld zullen krijgen. Onder de mededeling dat de Commissie voor het Marktwezen en het Slachthuis zich met ons voorstel kan verenigen, stellen wij U voor de Verordening op de hef fing en invordering van haven- en opslaggeld te wijzigen overeenkomstig het bij gevoegde ontwerp-besluit. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma, Burgemeester. W.3.G. Reumer, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 331