m
I
I
In: Ml
Vaststellen van de toekomstige structuur en stedebouwkundige uitwerking
voor het gebied Molenpad.
Bijlage no. 4-14-. Leeuwarden, 7 oktober 1980.
Aan de Gemeenteraad.
1Inleiding.
Op 25 juni 1979 hebt U besloten het gebied Schil-Oost aan te wijzen
tot stadsvernieuwingsgebied in het kader van de Interim Saldoregeling
(Ï.S.R.).
Voorts hebt U toen onder meer verklaard dat vooi het (deel-)
gebied Molenpad een verbeteringsplan wordt opgesteld met inachtneming
van het bij genoemd besluit behorend rapport "Molenpad, bijlage B".
Het in dit rapport opgenomen programma van eisen diende uitgangspunt
te zijn voor het verbeteringsplan
Ter uitvoering van dit programma van eisen is vervolgens in over
leg met vertegenwoordigers uit de bevolking een model ontwikkeld
voor de toekomstige structuur en stedebouwkundige uitwerking. Daar
bij is gebleken dat op een aantal punten geen volledige overeenstemming met
de vertegenwoordigers van de bevolking kon worden bereikt. Dit heeft
geresulteerd in twee afzonderlijke modellen.
Op 12 augustus 1980 en op 26 augustus daaraanvolgend zijn over de
modellen respectievelijk een informatie-avond en een hoorzitting
gehouden. Het overleg dat daarna opnieuw heeft plaatsgevonden, heeft
ertoe geleid dat nog een aantal verschilpunten is weggenomen.
Niettemin zijn twee modellen blijven bestaan, die zijn opgenomen
in het rapport "Molenpad e.o. Toekomstige structuur en stedebouwkundige
uitwerking"
In dit rapport is tevens opgenomen het verslag van de hoorzitting,
alsmede het commentaar van de ambtelijke projectgroep op de reacties
die tijdens de hoorzitting naar voren zijn gebracht en op het
standpunt van de bewoners zoals dit is vastgelegd in het rapport
"Molenpad; verslag bewonersstandpunt". Het eerstgenoemde rapport
is U toegezonden, het rapport van de bewoners is ter inzage gelegd.
De Belangenvereniging Oranjewijk heeft U haar tijdens de hoor
zitting gemaakte opmerkingen schriftelijk doen toekomen. De
betreffende brief is ter inzage gelegd.
Alvorens aandacht te besteden aan de verschillen tussen beide
modellen, gaan wij in op de opmerkingen die de Minister van Volks
huisvesting en Ruimtelijke Ordening terzake van het gebied Molenpad
heeft gemaakt in zijn brief d.d. 27 december 1979 inzake de aanwijzing
tot stadsvernieuwingsgebied van de Schil-Oost.
2. Resultaat van het onderzoek.
In voormelde brief heeft de Minister van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening medegedeeld dat de aanwijzing tot vernieuwings-
gebied van het deelgebied Molenpad (nog) niet voor goedkeuring in
aanmerking komt maar dat hij de beslissing over deze aanwijzing
voorlopig aanhoudt. Naar zijn oordeel is het gewenst ten aanzien
van het zogenaamde Binnengebied van Molenpad, in het kader van de
voorbereiding van het uitvoeringsplan, te onderzoeken, of, met
behoud van de hoofdstructuur en enige vervangende nieuwbouw, de
kwaliteit van woning en woonomgeving is te optimaliseren.
