- 8 - Met degenen die ter plaatse een recht van overpad hebben zal zo no dig tot overeenstemming dienen te worden gekomen. Uitgangspunt bij één en ander zal onder meer zijn, dat de uitoefening van de ter plaatse in het model aangegeven functie "Gemengde bebouwing" zoveel mogelijk gewaarborgd dient te zijn. d. De afsluiting voor gemotoriseerd verkeer van de le Kanaalsbrug. Een aantal bewoners uit de Oosterbuurt, de Belangenvereniging Oranjewijk, alsmede de firma V-tax 3. de Vries, Willem Lodewijkstraat 53, hebben hiertegen bezwaar. Voor de motivering verwijzen wij kort heidshalve naar het verslag van de hoorzitting en de brief van de belangenvereniging Bij de raadsbehandeling van het Verkeersstructuur- en Uitwer kingsplan is besloten, dat de eerste Kanaalsbrug uitsluitend is be stemd voor (brom-)fietsverkeer (naast voetgangersverkeer). Wij zijn van mening, dat de door reclamanten aangevoerde argumenten om de brug open te houden voor gemotoriseerd verkeer geen aanleiding geven om genoemde raadsbeslissing te herzien. Alvorens tot een eventuele afsluiting voor het gemotoriseerd verkeer zal worden overgegaan, zal worden nagegaan of dan nog maat regelen dienen te worden genomen om een aanvaardbare ontsluiting van het gebied Schil-Oost ten zuiden van het Nieuwe Kanaal te waarborgen. Daarbij zullen de door de reclamanten gedane suggesties in overweging worden genomen. e. Inspraak. De werkgroep wijkverbetering heeft mede namens de Wijkraad Molen pad in haar rapport, alsmede tijdens de hoorzitting, haar teleurstel ling uitgesproken over de invloed die de bewoners hebben kunnen uit oefenen op de plannen speciaal nadat de gemeente "nadere aanwijzingen" had ontvangen ten aanzien van de inhoud van het plan. Voor uitvoeri ger informatie verwijzen wij U naar de desbetreffende stukken. Zoals hiervoor reeds is opgemerkt, is op verzoek van de Minis ter van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening een onderzoek inge steld of en op welke wijze de kwaliteit van de woningen en de woon omgeving in het binnengebied kan worden geoptimaliseerd. Tijdens het overleg dat hiertoe met de instanties, die de Mi nister terzake moet adviseren, is gevoerd, is een aantal aanwij zingen gegeven. Deze zijn in het projectgroeprapport nader omschreven. Een we zenlijk element daarbij was, dat in het binnengebied zelf meer ruim te moest worden geschapen teneinde de woon- en leefsituatie voor een periode van minstens 25 jaar te verbeteren en voorts dat, ter compen satie van de beperkte ruimte op de in het algemeen zeer ondiepe ach tererven, de straat een belangrijke erffunctie diende te krijgen. Teneinde omvangrijke afbraak van delen van straten te voorkomen zijn onder meer voornoemde aanvullende randvoorwaarden geaccepteerd voor de herinrichting van het binnengebied. Dit hield echter in dat meer woningen (voornamelijk van minder goede kwaliteit) moeten wor den wegbestemd dan aanvankelijk in het model van zowel projectgroep als bewoners was voorzien. De projectgroep heeft deze voorwaarden in de verdere planvorming meegenomen; de bewoners bleven op het stand punt staan dat zo weinig mogelijk woningen dienden te worden afge broken. In concreto betekent het dat in het projectgroepmodel 22 en in het bewonersmodel 7 woningen moeten worden afgebroken. Hiervan zijn respectievelijk 1 en 3 van goede kwaliteit. Een specificatie van af te breken panden ligt voor U ter inzage. -S^- Uit het vorenstaande blijkt, dat invloed van de bewoners op de opzet voor de inrichting van de wijk ook na de nadere aanwijzingen nog wel degelijk mogelijk was, echter met inachtneming van voornoemde rand voorwaarden. Het verwijt, dat de inspraak een farce is geworden, is naar onze mening niet terecht. f. Hulp aan bewoners. Tijdens de hoorzitting is door het wijkcomité naar voren ge bracht, dat in het rapport een sociale paragraaf ontbreekt en voorts, dat niets is gemeld omtrent een eventuele financiële schadeloosstel ling voor degenen die als gevolg van de herinrichting hun pand moeten afstaan. Het voorliggende rapport dient slechts ter vaststelling van het model voor de opstelling van een verbeteringplan voor de wijk. In dat plan zal aandacht moeten worden besteed aan de sociale aspecten verbonden aan de herinrichting van het gebied. Om dezelfde reden is het niet nodig in het voorliggende rapport in te gaan op de financiële aspecten terzake van koop, verkoop en/of ontruiming van panden. Bij het opstellen van het verbeteringsplan zal aan deze kwestie aandacht worden besteed. Gelet op het bovenstaande en onder de mededeling dat de Commissie voor de Ruimtelijke Ordening terzake is gehoord, geven wij U in overweging te be sluiten overeenkomstig het hierna afgedrukte ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma, Burgemeester. W.3.F. Reumer, Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 386