en middelen plaatsgevonden. Hierbij kan de volgende onderscheiding
naar object worden gemaakt:
a. beleidsbeslissingen van de gemeenteraad en het college van
burgemeester en wethouders;
b. de uitvoering van deze beslissingen;
c. de structuur van de organisatie.
De doelmatigheid bij de bepaling van net beleidsdoel, de keuze
uit alternatieven, het vaststellen van voorwaarden komt aan de
orde in de voorbereidende fase. Initiatieven hiertoe worden ais
regel genomen in samenwerking tussen het ambtelijk apparaat en
het dagelijks bestuur van de gemeente. De uitwerking van deze
plannen wordt nader beoordeeld in de raadscommissies en de
gemeenteraad en is onderworpen aan goedkeuring door gedeputeerde
staten. Het lijkt bezwaarlijk om daarnaast een instantie aan
te wijzen die onafhankelijk en deskundig genoeg is om permanent
beleidsbeslissingen op hun doelmatigheid te toetsen, te meer omdat
deze beslissingen vaak politiek zijn bepaald en derhalve beoordeling
kan geschieden, hetzij naar. maatschappelijke, hetzij naar zakelijke
criteria. De beoordeling van de doelmatigheid zal zich dan ook vooral
richten op de uitvoering van de beleidsplannen.
Wanneer men nu vracht te concretiseren cp welke wijze dit in de
praktijk gestalte krijgt - zowel bij de direct produktieve als
bij de dienstverlenende huishoudingen - dan komen gewoonlijk de
volgende instrumenten ter sprake. Vooreerst het opstellen van een
planning van de produktie, van de te realiseren werken, c.q. van de
uitvoering van bepaalde beleidsbeslissingen.
Voor zover mogelijk wordt gewerkt met een taakstellende begroting,
gebaseerd op normen (het ideaalbeeld) en ondersteund door een
administratieve verslaglegging, die snelle en duidelijke informatie
verschaft ten aanzien van de resultaten en van de afwijkingen tussen
norm en werkelijkheid. Het hanteren van kengetallen en van interne
en externe bedrijfsvergelijking vormt mede een hulpmiddel ter bewaking
en beoordeling van de efficiency.
De Rekenkamer
Ter zake de kwestie in hoeverre een gemeentelijke rekenkamer met
deze doelmatigheidsbewaking kan worden belast, mogen ook enkele
opmerkingen worden gemaakt over de in de Grondwet genoemde
Algemene Rekenkamer. Deze fungeert als onafhankelijk orgaan, dat
namens de volksvertegenwoordiging het beheer van 's Rijks financiën
door de regering controleert. In de Comptabiliteitswet worden de
taken van de Rekenkamer nader omschreven, taken die zich richten cp
controle in .het algemeen, terwijl in artikel 74 van de wet wordt
opgedragen om aandacht te wijden aan de doelmatigheid van 's Rijks
beheer en van de organisatie en de functionering van 's Rijks dienst.
De volksvertegenwoordiging kan de Kamer verzoeken om bepaalde doel
matigheidsonderzoeken in te stellen. De Algemene Rekenmaker kan
functioneel worden gezien als een ten behoeve van het parlement
werkend overkoepelend controle-orgaan met bijzondere bevoegdheden.
De behoefte aan een dergelijk orgaan is mede ontstaan in verband
met de veelheid en diversiteit van de rijkstaken en de daarmee
samengaande talrijke aeelverantwoordingenVolledigheidshalve
wordt er nog op gewezen, dat de controle van de Rekenkamer repres
sief is en zich derhalve niet richt op de totstandkoming van het
beleid
Een publiekrechtelijk lichaam als de Algemene Rekenkamer is in de
gemeentewet onbekend. De behoefte hieraan is ook aanzienlijk minder.
Ce gemeentelijke taken zijn beperkter, maar ook overzichtelijker dan
die van het Rijk. De gemeente kent het regelmatig toezicht van
gedeputeerde staten, dat bovendien ten dele van preventief karakter
is. Veel uitgaven in de sfeer van zelfbestuur, zoals onderwijs,
sociale zaken, volkshuisvesting, zijn genormeerd en worden door
departementale instanties gecontroleerd. Daarnaast kent Uw gemeente
het "dicht bij huis" werkende Verificiatiebureau V.N.G. en de als
interne controle-organen te beschouwen afdelingen Financiën en E.B.O.
De Algemene Rekenkamer moet ook worden gezien in haar historische
ontwikkeling en in het kader van de dualistische staatsorganisatie
- parlement versus regering -, zulks tegenóver het monistisch
karakter van de gemeente, waar de raad aan het hoofd staat en het
college van burgemeester en wethouders het dagelijks bestuur vormt.
Samenvattend kan worden gesteld, dat de behoefte van een gemeente aan
een eigen rekenkamer nauwelijks aanwezig is. Dit spreekt te meer
indien wordt overwogen dat een verzelfstandiging van de doelmatig
heidsbewaking in een gemeente van Uw grootte gemakkelijk kan leiden
- 3 -