- 2 -
De Kaderregeling zal op 1 december 1980 in werking treden, op welke
datum de B.S.B.S. komt te vervallen.
Teneinde geen onderbreking te hebben in de steunverlening dient de
verordening eveneens op deze datum in werking te treden.
2. Het principe van de steunverlening.
Op grond van de gemeentelijke verordening vindt de steunverlening
aan ondernemers plaats. Steun wordt verleend aan die ondernemers die,
hetzij gevestigd zijn in de stadsvernieuwingsgebieden waarvoor de
verordening van toepassing is verklaard, hetzij hun omzet geheel of
grotendeels in die gebieden verwerven, en waarvan de voortzetting,
verplaatsing of beëindiging van het bedrijf past in het gemeentelijk
stadsvernieuwingsbeleid en - daarmee - bijdraagt aan de realisering
van de voor de betrokken gebieden gewenste ruimtelijk-economische
structuur. Het accentueren van het bevorderen van de gewenste ruimtelijk-
economische structuur houdt in dat er geen stringente criteria met
betrekking tot het inkomen worden gesteld, zoals onder de oude
B.S.B.S. regeling.
In principe kan elk klein bedrijf voor steun in aanmerking komen, indien
het bijdraagt aan de realisatie van de stadsvernieuwing in de aangewezen
gebieden. Daarbij zij nog opgemerkt dat de K.S.B.S. zich niet beperkt tot
I.S.R.-stadsvernieuwingsgebieden
In bijzondere gevallen is het mogelijk geldelijke steun te verlenen aan
een ondernemer wiens bedrijf gevestigd is buiten een stadsvernieuwingsgebied
en die zijn omzet niet geheel of grotendeels verwerft in een stadsvernieuwings
gebied. Deze mogelijkheid is neergelegd in art. 2, lid 3.
Hierbij zij opgemerkt dat maximaal 10% van het fonds (zie punt 4) voor
dergelijke gevallen mag worden besteed.
3De Verordening.
Op basis van de kaderregeling is in overleg tussen de I.S.R.-
gemeenten en de V.N.G. een modelverordening ontworpen. Wij hebben deze
modelverordening nagenoeg geheel overgenomen. Met betrekking tot de
procedures ten aanzien van de vaststelling van de ruimtelijk-economische
structuur en de inspraak van de betrokken ondernemers hebben wij
aansluiting gezocht bij de reeds in Leeuwarden bestaande procedures
ten aanzien van de Stadsvernieuwing. In de toelichting op artikel 9 van
de verordening hebben wij deze procedure verwerkt in de bestaande project
organisatie op het gebied van de stadsvernieuwing.
De beschikking op de steunaanvragen vindt plaats door ons College.
De steunverlening dient te worden getoetst aan de door Uw Raad vast
gestelde ruimtelijk-economische structuur met uitzondering van de steun
verlening in de gevallen genoemd onder artikel 2, lid 3. Voor deze
bijzondere gevallen stellen wij U voor de commissie Grondbedrijf te horen,
hetgeen in artikel 2, lid 3 is opgenomen. Voor wat betreft de levens
vatbaarheid van het betrokken bedrijf en de hoogte van de steunverlening
dient de gemeente het Regionaal Dienstverleningscentrum Kleinbedrijf
om advies te vragen. Geldelijke steun wordt in principe verleend indien
aan de criteria en bepalingen, zoals vermeld in artikel 3 van de ver
ordening, wordt voldaan en de uitzonderingsbepalingen in artikel 4 niet
van toepassing zijn. Beroepsprocedures zijn mogelijk ingevolge de wet
AROB.
De gemeentelijke verordeningen behoeven goedkeuring van de Minister van
Economische Zaken. De Kaderregeling treedt op 1 december 1980 in werking.
Mits de verordening voor 1 december door de Minister wordt goedgekeurd,
betekent dit dat de gemeente Leeuwarden reeds voor het jaar 1980 een
storting in het daarmee in het leven te roepen "stadsvernieuwingsfonds
bedrijven" tegemoet kan zien.
- 3 -
4. Stadsvernieuwingsfonds Bedrijven
De Minister van Economische Zaken stelt jaarlijks aan de I.S.R.-
gemeenten gelden ter beschikking ten behoeve van een gemeentelijk
Stadsvernieuwingsfonds Bedrijven. De omvang van de jaarlijkse storting
in de gemeentelijke fondsen wordt aan de hand van een bepaalde
verdeelsleutel - voorshands het woningbestand van vóór 194-5 - vast
gesteld.
Aan de Minister dient één maal per jaar gerapporteerd te worden omtrent
de activiteiten, de stand van het fonds en de te verwachten behoeften
aan middelen voor het daarop volgende jaar.
5. Toepassingsgebieden van de kaderregeling e.g. Verordening.
In tegenstelling tot de oude B.S.B.S. dient met betrekking tot
de K.S.B.S. e.g. de verordening door Uw Raad uitdrukkelijk te worden
vastgesteld voor welke gebieden deze van toepassing is, uitgezonderd
de in artikel 2, lid 3 genoemde bijzondere gevallen.
Gelet op artikel 1 van de verordening behoeft bij de toepassing geen
beperking tot de I.S.R.-gebieden plaats te vinden. Onder de K.S.B.S.
is een stadsvernieuwingsgebied een gebied dat bij besluit van Uw Raad
wordt aangewezen voor toepassing van deze verordening.
Daarbij dient evenwel de gewenste ruimtelijk-economische structuur te
worden aangegeven (art. 6), waarbij de procedure, neergelegd in art. 8
tot en met 11, in acht is genomen.
Voor gebieden die reeds door Uw Raad zijn aangewezen als stads
vernieuwingsgebied in de zin van de I.S.R., kan op grond van art. 14
de verordening zonder meer van toepassing worden verklaard.
Wij stellen U derhalve voor de verordening voorshands van toepassing
te verklaren op de gebieden OldegalileënSchil-Oost en de Binnenstad.
Tevens zijn wij voornemens de verordening van toepassing te doen zijn op het
deelgebied I van het gebied Huizum-West, waarvoor wij U binnenkort een
voorstel zullen doen toekomen.
6. Vaststelling.
Wij hebben de verordening ter kennisname en om commentaar gezonden
aan de Rijksconsulent voor Handel, Ambacht en Diensten, het Regionaal
Dienstverleningscentrum Kleinbedrijf en de Kamer van Koophandel en
Fabrieken.
Deze instanties kunnen zich met de verordening verenigen. Onder verwijzing
naar de ter inzage gelegde Kaderregeling Steun Bedrijven Stadsvernieuwing
van de Minister van Economische Zaken, de oude B.S.B.S., de algemene en
artikelgewijze toelichting op de Verordening en de reacties van de genoemde
instanties, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierna in
ontwerp afgedrukte besluit.
Wij merken hierbij op dat de Minister van Economische Zaken nog voor
1 december - de datum van in werking treden van deze verordening - een
definitieve beslissing zal nemen omtrent de definitieve inhoud van de
K.S.B.S., waarna deze in de Staatscourant zal worden gepubliceerd.