2 - 1 Par. 2. Beleidssector Openbare Veiligheid. A. Politie P 80. Is het juist om bij de opstelling van 80 een beleidsplan voor de politie als uitgangspunt te nemen de nu bestaande traditionele opdeling in diensten, gezien de rapporten "Politie in verandering" en 'Sterkte van de politie" en de discussie hierover? P 81. Is de burgemeester bereid voortaan 81 het jaarverslag van de politie te voorzien van zijn eigen commentaar, bijv. in een nota waarin algemene aspecten van het gevoerde en van het te voeren beleid worden belicht, en het jaarverslag met dit commentaar op de agenda van de gemeenteraad te zetten? (Dit o.a. ten einde de verantwoordingsplicht van de burgemeester naar de voltallige gemeenteraad toe meer gestalte te geven; zie hiervoor bijv. ook "Bestuursforum" van maart 1950, pag.7A) Zo nee, wil de burgemeester zijn antwoord dan zo grondig mogelijk motiveren? a 82Nu de Commissie voor Openbare Orde 62 2 jaar in beslotenheid heeft ver gaderd, willen wij opnieuw erop aandringen dat het besloten karakter wordt gewijzigd in openbaarheid van vergadering. Welke mening heeft de burgemeester hierover? P 83. Meegedeeld wordt dat de discussie S3 over het rapport "Sterkte van de politie" in de Commissie voor Openbare Orde "een vervolg heeft gekregen". Aangezien deze commissie nog steeds geen openbaar karakter heeft en de buitenwereld er niettemin recht op heeft te weten hoe binnen het gemeentebestuur van Leeuwarden over dit belangrijke rapport wordt gedacht, is het gewenst te vernemen tot welke conclusies de meningsvorming binnen deze commissie resp. bij de burgemeester over dit rapport tot nu toe heeft geleid. Er heeft nog discussie plaats over de wijze waarop het beleidsplan zal wor den opgesteld. Daarbij wordt mede re kening gehouden met de in de vraag bedoelde rapporten. De jaarverslagen van de takken van dienst zijn verslagen van de hoofden van die dienst. Deze worden beschik baar gesteld aan alle raadsleden en eveneens aan de pers. Deze verslagen plegen geen agendapunt te vormen van de raadsvergaderingen. Raadsleden kunnen vanzelfsprekend punten uit die jaarverslagen aan de orde stellen tij dens de begrotingsbehandeling. De Burgemeester ziet geen aanleiding met de jaarverslagen van de Commissaris van Politie op andere wijze te hande len dan met de andere jaarverslagen. Opgemerkt wordt nog dat in de Commis sie Openbare Orde is afgesproken, dat die jaarverslagen daar punt van dis cussie zullen vormen. De Burgemeester is van mening, dat het functioneren van deze Commissie een duidelijk ander karakter zal krijgen, wanneer in het openbaar zou worden vergaderd. De vraag of dit al of niet moet ge beuren zal aan de orde komen in de Commissie "Een Goede Raad" in het kader van het vraagstuk van het al of niet in het openbaar vergaderen van commissies van advies en bij stand en andere adviescommissies van Burgemeester en Wethouders en de Burgemeester. De Burgemeester heeft zijn opmerkin gen over het rapport "Sterkte van de Politie" die werden onderschreven door de leden van de Commissie voor Openbare Orde bij brief van 23 juni 1980 aan de Minister van Binnenlandse Zaken kenbaar gemaakt. In deze brief, die overigens geruime tijd ter inza ge heeft gelegen, werd aansluiting gezocht bij het advies van de Vereni ging van Nederlandse Gemeenten van 23 april 1980 over deze materie. De brief en het advies zijn ter in zage gelegd. Het ligt in de bedoeling dit soort advies-aanvragen zoveel mogelijk ook

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1980 | | pagina 44