Verhoging van de vacatiegelden ten behoeve van de leden van de Commissie
Complementaire Arbeidsvoorziening Beeldende Kunstenaars.
Bijlage nr. 99 Leeuwarden, 26 februari 1981
Aan de Gemeenteraad.
Van de zijde van de Beroepsvereniging Beeldende Kunstenaars (B.B.K.) wordt
reeds enige jaren aangedrongen op een meer dan trendmatige verhoging van
de vacatiegelden van de Commissie Complementaire Arbeidsvoorziening Beelden
de Kunstenaars (B.K.R.-commissie)
De vergoeding voor het bijwonen van deze vergaderingen is in 1971 vastgesteld
op 60,per vergaderdag en met ingang van 1 januari 1980 verhoogd tot
65,- per vergaderdag. Deze vergoeding wordt gezien de omstandigheid, dat
de vergaderingen nagenoeg een gehele werkdag in beslag nemen, onvoldoende
geacht. In de praktijk blijkt dan ook, dat het een moeilijke zaak is, om
voor de commissie voldoende geschikte kandidaten te vinden die bereid zijn
in de commissie zitting te nemen. Wij hebben ons daarom al in 1979 via de
V.N.G. tot het ministerie van Sociale Zaken gewend met het verzoek ter zake
op landelijk niveau maatregelen te nemen. Hoewel ons is gebleken, dat het
door ons gesignaleerde probleem ook in andere gemeenten bestaat, is het rijk
tot nu toe nog niet bereid gebleken om de rijksvergoeding in de toe te kennen
vacatiegelden verder te verhogen. Aangezien het er ook niet naar uitziet,
dat dit op korte termijn zal gebeuren, zijn wij van mening dat de door ons
redelijk geachte verhoging van de vacatiegelden tot 130,per vergaderdag
niet langer dient te worden uitgesteld. Wij hebben omtrent dit voorstel tot
verhoging van de vacatiegelden overleg gevoerd met vertegenwoordigers van de
betrokken Friese gemeenten. Uit dit overleg is ondermeer naar voren gekomen,
dat alle betrokkenen van mening zijn dat de huidige vacatiegelden ad 65,
te laag zijn. Wij stellen U daarom voor om de vacatiegelden ten behoeve van
de leden van de B.K.R.-commissie te verhogen tot 130,per vergaderdag
en hiervoor een krediet beschikbaar te stellen van 10.920,
De toe te kennen vacatiegelden blijven niet geheel ten laste van onze ge
meente, omdat de B.K.R.-commissie niet alleen werkzaamheden ten behoeve
van onze gemeente verricht, maar eveneens voor andere gemeenten. Het aandeel
van de gemeente Leeuwarden in de verhoging van de vacatiegelden kan worden
geraamd op 3.215,Dit bedrag kan worden gedekt ten laste van de reserve
voor taxatieverschillen. Het resterende bedrag van 7.705,kan worden ge
dekt uit de opbrengst wegens doorberekening van de niet-subsidiabele vacatie
gelden aan andere gemeenten.
Onder vermelding dat de commissie voor de gemeentelijke sociale dienst en de
Commissie voor Welzijnsaangelegenheden terzake zijn gehoord, stellen wij U
voor te besluiten overeenkomstig het bijgevoegde concept-besluit.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
3.S. Brandsma Burgemeester.
W.3.G. Reumer Secretaris.
