32.
DE VERKEERSDIENST
Hieronder wordt beschreven hoe de verkeersdienst is georganiseerd.
Verkeerstechniek
33.
De huidige verkeersdienst is gegroeid uit de verkeerspolitie van
de vijftiger jaren. Dat waren toen mensen, gekleed in een
afwijkend uniform, die zich uitsluitend bezig hielden met aanrijdingen,
verkeerregelen en wat repressief verkeerstoezicht, vaak door
middel van groots opgezette verkeerscontroles.
De steeds toenemende motorisering van het verkeer was aanleiding
om naast de zestien man tellende verkeerspolitie een technische dienst
verkeer in het leven te roepen, zijnde een zevental op het gebied
van auto- em motortechniek opgeleide of ervaren politieambtenaren,
die naast het verrichten van technische onderzoeken tevens werden
belast met het toezicht op autowrakken.
Ook de politie zelf raakte gemotoriseerd, waardoor behoefte ontstond
aan een garagechef voor het eigen wagenpark, die werd belast met
het dagelijks beheer en het kleine onderhoud. In een later stadium
werd een wagenwasser aan hem toegevoegd.
In het begin van de jaren zeventig was ook in Leeuwarden het aantal
auto's zodanig toegenomen, dat de politie werd geconfronteerd met
parkeerproblemen, die zij naast haar overige taken steeds minder de
baas kon. In overleg met het gemeentebestuur werd daarom besloten
tot het aanstellen boven de sterkte van een vijftal parkeercontroleurs
werkzaam onder leiding van de politie.
In 1976 werd naar aanleiding van personeelsverloop bij de verkeers
politie door bevordering en sollicitatie naar elders door de korps
leiding besloten de behandeling van aanrijdingen over te dragen aan
de surveillancedienst, met uitzondering van dodelijke verkeersonge
vallen en aangiften van aanrijdingen, waarbij de tegenpartij was
doorgereden. Deze personeelsafvloeiing had mede tot gevolg dat het
verkeerregelen en het begeleiden van buitenmodel transporten eveneens
door de surveillancedienst moest worden overgenomen. Wat bleef was
de registratie van alle verkeersongevallen en het houden van gerichte
verkeerscontroles. Het aantal administratieve taken op verkeersgebied,
veroorzaakt door wijzinging in wetgeving, nam echter toe. Dit heeft
geleid tot een aantal knelpunte", waarop later wordt ingegaan.
In 1979 trad in Leeuwarden het verkeers- en structuurplan in
werking, hetgeen naast tal van beperkingen voor het rijverkeer tevens
een forse uitbreiding van de parkeerregelingen in de binnenstad met
zich bracht. Om met name dit laatste te kunnen handhaven werd het
aantal parkeercontroleurs (boven de sterkte) uitgebreid tot zeventien
man, inmiddels teruggebracht tot 15, onder leiding van een brigadier
van politie.
De verkeersdienst is dus op dit moment opgebouwd uit drie onderdelen:
de verkeerspolitie, de technische dienst verkeer met de garage en
de parkeercontróle
De leiding is in handen van een hoofdinspecteur, bijgestaan door
een adjudant. De totale sterkte van de verkeersdienst is thans 29 man.