44.
Wat kan de politie van haar kant doen om de communicatie met de
burgerij te verbeteren? Zij moet zich vooral gemakkelijk aanspreek
baar opstellen, door het op voet van gelijkwaardigheid
met de burger omgaan als basishouding aan te nemen. Betere commu
nicatie met de burger moet leiden tot een beter begrip van diens
subjectieve gevoelens, diens wensen, zorgen en onvrede. Anderzijds
zal de burger meer begrip krijgen voor de werkwijze van de politie,
voor wat in haar taakuitoefening haalbaar en niet haalbaar is.
4.3. Organisatie en werkwijze
Een aantal omstandigheden is er de oorzaak van dat de organisatie
van de politie op dit moment minder geschikt lijkt om voorwaarden
te scheppen voor een betere communicatie met de burgerij
Deze omstandigheden zijn:
a. de toegenomen specialisatie, welke de politiezorg versnippert
en onttrekt aan de dienstuitoefening op straat;
b. de (over)belasting met administratief werk van vele executieve
ambtenaren;
c. de wijze van surveilleren;
d. de huidige opleiding en daarmee samenhangend de taakopvatting.
De wijkagenten vormen weliswaar een groep, die minder te maken
heeft met de problemen, genoemd onder a. en c.zij zijn misschien
de funktionarissen die door wijkbewoners het beste gekend en her
kend worden, toch worden ook zij meer en meer ingekapseld in
specifieke en vaak diepliggende wijkproblematiekwaardoor zij
langzamerhand specialisten worden. Zij houden zich in toenemende
mate bezig met psycho-sociale problemen, die veel tijd kosten
en die hen dwingen tot het stellen van prioriteiten, ten koste
van heel veel andere aandachtvragende wijkproblemen
Hoe kan de politie dan wél zo worden georganiseerd, dat zij dichter
bij de burger komt te staan?
Door meer politie-ambtenaren in te zetten in het basispolitie
werk waardoor zij vaker dan thans, voor het werken in de wijk
gebruik te laten maken van de fiets en hen te voet te laten
surveilleren
Meer mensen op straat betekent minder mensen, al of niet specialist
achter de schrijftafel; tegelijkertijd betekent dit, dat de
politieman, die in het basispolitiewerk funktioneert een breder
taakveld moet krijgen, omdat vele taken, die tot dan door
(pseudo)specialisten werden verricht, moeten worden blijven
gedaan
Wij zullen moeten streven naar een organisatie met een brede
basis, waarin een groter aantal politie-ambtenaren werkzaam
±s en met een generale taakstellingDit betekent overigens
niet alleen een verschuiving van taken en het geven van een
hogere of lagere prioriteit aan bepaalde taakonderdelen
In het kader van de generale taakstelling zal de huidige politie
man - surveillant naast het gebruikelijke werk ook recherche
werkzaamheden en hulpverleningsactiviteiten moeten gaan ver
richten. Hij moet daarvoor wel gemotiveerd zijn, want het
45.
betekent naast taakverrijking ook taakverzwaring. Hij zal
gemakkelijk en snel moeten kunnen omschakelen van een buren
ruzie naar een verkeersongeval, van een vechtpartij naar een
inbraak
Bij de verbreding van het aandachtsveld van de politieman nemen
de eisen met betrekking tot de overzichtelijkheid van het werk
veld toe. Het lijkt dan ook wenselijk om op den duur te komen
tot een bepaalde mate van betrokkenheid met een vast gedeelte
van de stad, waardoor het kontakt tussen politie-ambtenaar
en burger verbeterd kan worden.
De korpsleden, die werken in het kader van de generale taak
stelling, nemen daarbij het grootste deel van het executieve
politiewerk waar. Het resterende deel van het korps houdt
zich bezig met technische en administratieve ondersteuning.
De korpsleden zullen niet alleen vertrouwd moeten raken met
de filosofie achter de generale taakstelling, zij zullen ook
getraind moeten worden in het vervullen van de brede basis-
politiefunktiedie andere eisen stelt aan hun kennis en vaar
digheden
Taak-herindeling zal van velen m.n. een mentale omschakeling
vragen, vooral van degenen die hun funktie, waarvan zij dachten
dat het een specialisme was, moeten inruilen voor een funktie,
waarin vrijwel alle aspecten van het politiewerk (ook hun
specialisme) verenigd zijn. Dit proces dient zorgvuldig begeleid
te worden. Het zijn zaken, die niet van vandaag op morgen
"geregeld" kunnen zijn. Het korps moet hiervoor de tijd krijgen.
Vorming en training dienen hierop gericht te zijn. En het
beleid dient er rekening mee te houden, dat in tijden van
organisatiewijziging het belang van mensen niet in de ver
drukking komt.
Verantwoordelijkheid voor organisatie en werkwijze
De eindverantwoordelijkheid voor het nemen van beslissingen over
een gewijzigde organisatie ligt uiteindelijk bij de burgemeester
maar de voorbereiding van de inhoud van die beslissingen ligt
voornamelijk bij de politie. De verantwoordelijkheid dient zoveel
mogelijk te worden verspreid over alle niveau's en geledingen
van het korps, want voor elke te nemen beslissing geldt: gezamenlijke
verantwoordelijkheid moet leiden tot gezamenlijke aanvaarding
en tot gemotiveerde en doelmatige uitvoering.
Uitgangspunten en randvoorwaarden
Alvorens een voor de praktijk hanteerbare subordening van doel
stellingen te geven lijkt het noodzakelijk om te bezien op welke
wijze en in welke vorm de taakuitoefening van de politie wordt
begrensd
De grenzen kunnen worden aangegeven door een tweetal uitganspunten
en een vijftal randvoorwaarden.
Het eerste uitgangspunt is, dat bij het doen van pogingen om de
doelstellingen te realiseren bijzondere aandacht moet worden