58.
5. SLOTOPMERKINGEN.
Zoals u zult hebben begrepen is het beleidsplan 'niet meer'
dan een aantal geformuleerde uitgangspunten; een basisfilo
sofie van waaruit de politiële zorg in Leeuwarden in de toe
komst vorm moet krijgen.
Dit betekent, dat het karakter van deze uiteenzetting nogal
'abstract' is gebleven. Van de uitwerking van een groot aan
tal concrete punten is dan ook doelbewust afgezien.
Dit beleidsplan wil niet meer zijn dan een aanzet tot een
discussie rond de politiële zorg in Leeuwarden. Tijdens deze
discussie komen waarschijnlijk zienswijzen, opmerkingen e.d.
naar voren, die (nog) niet in dit beleidsplan zijn opgenomen,
maar die samen met dit plan de basis moeten vormen voor het
te voeren beleid.
De verdere concrete uitbouw van dit beleid zal het beste plaats
kunnen vinden aan de hand van een aantal nader uitgewerkte
nota's betreffende een aantal onderwerpgroepenvan dit
beleidsplan. Te denken valt dan aan de onderwerpgroepen:
criminaliteitsbestrijding; voorkoming misdrijven.
verkeersbeheersing
sociaal beleid;
training en vorming;
politiële hulpverlening;
interne en externe contacten e.d.
voorlichting; interne communicatie.
De uitwerking van deelonderwerpen op basis van de geformuleerde
doelstellingen en uitgangspunten zal de komende jaren een voort
durende activiteit moeten zijn.
Na verloop van enige jaren zal dan een volgend beleidsplan kunnen
worden opgesteld, mede aan de hand van die nota's en de inmiddels
opgedane ervaring.
Voor de goede orde mag nog worden opgemerkt dat de politie bij
de uitvoering van haar taak te allen tijde gebonden zal zijn aan
landelijk gegeven voorschriften en bindende richtlijnen alsmede
aan opdrachten van het bevoegd gezag.
Wat dat laatste betreft is de burgemeester, voorzover het zijn
bevoegdheden betreft, verantwoording schuldig aan de
gemeenteraad en de hoofdofficier van justitie aan de minister van
justitie (d.t.v. de procureur-generaal fungerend direkteur van politie).