4-10
Zoals bekend ontwikkelt
het integratie-experiment SHF
zich niet zonder problemen.
Met name op het punt van het
integratieve samenwerking
tussen de Agogische Academie
Friesland en de Subfaculteit
sociale wetenschappen Leeuwarden
doen zich veel problemen voor.
Op welke wijze tracht de gemeente
in de Commissie Wetenschappelijk
Onderwijs in Friesland deze pro
blemen aan te kaarten en (mede)
op te lossen?
Is het College met ons van mening
dat 't opgaan van de SSWL in de
algemene faculteit deze proble
men wel eens verder zou kunnen
versterken i.p.v. oplossen.
Is het daarom niet gewenst dat
de nadruk gelegd blijft worden
op de integratieve basis van het
SHF-experiment?
191. De samenwerking van de Agogische
Academie Friesland en de Subfa
culteit Sociale Wetenschappen
Leeuwarden in het integratie-ex
periment Sociaal Hoger Onderwijs
Friesland is in eerste instantie
een zaak voor de betrokken insti
tuten en hun bevoegd gezag. De
Commissie Wetenschappelijk Onder
wijs Friesland is daarbij betrokken
voorzover het gaat om het in stand
houden dan wel uitbreiden van voor
zieningen voor wetenschappelijk
onderwijs. Vanuit deze invalshoek
zijn door de C.W.O. gesprekken
gevoerd met vertegenwoordigers van
het S.H.F. en het College van
Bestuur van de Rijks-Universiteit
Groningen.
Alle partners hebben zich (nog
maals) uitgesproken voor handha
ving van de samenwerking. Voor de wijze
waarop deze samenwerking in de toekomst
verder gestalte moet worden gegeven,
worden thans nadere voorstellen ontwik
keld. Op welke wijze de S.S.W.L. zal op
gaan in de toekomstige Algemene
Faculteit valt nu nog niet aan te
geven. Het is daarom prematuur
thans uitspraken te doen over de
toekomstige vorm van samenwerking
tussen de huidige S.S.W.L. en de
A.A.F.
Wij staan op het standpunt dat in
ieder geval voor de duur van het
experiment de doelstellingen van
de samenwerking onverkort gehand
haafd dienen te blijven.
Welke conclusies zijn te trekken
uit de gesprekken die gevoerd
zijn omtrent de uitbouw van de
universitaire vestiging.
192. Uit de gesprekken over de uitbouw
van de universitaire vestiging
mag worden geconcludeerd, dat aan
alle voorwaarden zal kunnen worden
voldaan om het plan van de Rijks
universiteit voor de start van de
Algemene Faculteit te Leeuwarden
in 1985 te kunnen verwezenlijken.
