In artikel 3 van de concept-statuten worden de middelen die ter bereiking
van de doelstelling kunnen worden aangewend, als volgt aangeduid:
"1. De stichting tracht haar doel te bereiken door:
a. in overleg met betrokken overheidsinstanties en particuliere instel
lingen een zodanig beleid te ontwikkelen, dat een optimale bijdrage
wordt geleverd aan initiëring, ontwikkeling en bevordering van:
- werkprojecten en -objecten gericht op deelneming aan het arbeids
proces;
- (andere) activiteiten die bijdragen tot vergroting van vakkennis
en van het bedrijfs- en beroepsleven;
- voorzieningen voor arbeidstraining en arbeidsgewenning;
- activiteiten t.b.v. het opsporen, selecteren en aanbieden van moge
lijkheden om met behoud van de uitkering op grond van de sociale
wetgeving onbetaalde bezigheden te verrichten;
b. zonodig zelf het initiatief te nemen tot en uitvoering te geven aan
zodanige arbeidsprojecten, activiteiten en voorzieningen;
c. zoveel mogelijk gebruik te maken van en zich te bewegen binnen de
regelingen die terzake door rijk, provincie en gemeente zijn of zullenj
worden getroffen;
d. in overleg met daarvoor geëigende instellingen indien nodig te
bevorderen dat voor de doelgroep sociaal-culturele activiteiten ont
plooid worden die in het kader van de doelstelling van de stichting
een ondersteunende functie kunnen hebben;
e. gebruikmaking van alle overige wettelijke middelen, welke in het kader
van de doelstelling der stichting kunnen worden aangewend.
2. De stichting zal voor de uitoefening van haar taken een bureau oprichten
en instandhouden met daaraan verbonden personeel."
In de vergadering van de stuurgroep project "Mensen zonder Werk" van
8 oktober j.l. is uitvoerig gesproken over de concept-statuten van de nieuw
te vormen stichting. De stuurgroep kan zich, behoudens enkele aanpassingen
die inmiddels zijn aangebracht, met de concept-statuten voor de nieuw te
vormen stichting verenigen.
Wij zijn van mening, dat het alleszins de moeite waard is om de moge
lijkheden van de bedoelde aanpak aan de praktijk te toetsen. Wel is het
noodzakelijk, dat voldoende overheidssubsidies beschikbaar gesteld worden
om met een dergelijke opzet bij wijze van experiment ervaring op te kunnen
doen gedurende een periode van tenminste één (maar bij voorkeur twee) jaar.
Met het oog hierop is dan ook het ministerie van Sociale Zaken en Werk
gelegenheid een bijdrage gevraagd in de personeelslasten (90%) en hui: 'es-
tingskosten (100%) van de toekomstige stichting Mensen zonder Werk.
Hoewel vooruitlopend op de wijziging van artikel 36 W.W.V. en de daar ij
te verwachten uitvoeringsrichtlijnen, past ons verzoek orizes inziens eheel
binnen de beleidsvoornemens van het ministerie en de intenties die ui
het wijzigingsvoorstel met betrekking tot genoemd artikel spreken.
Wij zijn ons ervan bewust dat de omvorming van het project Mensen z nder
Werk in de praktijk zal leiden tot een onderscheid tussen enerzijds a oeids-
gerichte activiteiten en anderzijds sociaal-culturele activiteiten vo r de
doelgroep Mensen zonder Werk. Voorkomen zal moeten worden dat daaruit sen
scheiding resulteert. Het blijft van belang om in het totale activite ten
en projectenpakket voor de doelgroep onderlinge afstemming te bereike en
de gewenste coördinatie te verwezenlijken.
Het beleid t.a.v. sociaal-cultureel werk voor niet-actieven zal n onze
visie via de reeds bestaande planningsprocedure voor het (overige) so iaai-
cultureel werk in het kader van de rijksbijdrageregeling gestalte geg ven
moeten worden, met dien verstande dat het daarin als herkenbaar onder sel eeij
speciale plaats dient te krijgen. Dit betekent concreet, dat begrotingen
e.d. worden ingebracht in de plannen en programma's voor sociaal-cultureel
werk. De beleidsafweging en -coördinatie vindt daarmee uiteindelijk plaats
op het daarvoor geëigende (beleids)niveau, te weten ons college en Uw raad.
Teneinde beleidsmatig onderlinge afstemming en coördinatie te waarbor
gen tussen de arbeidsgerichte activiteiten van de stichting en de activi
teiten van de gesubsidieerde sociaal-culturele instellingen, ligt het in ons
voornemen om - overeenkomstig de toelichting bij de ontwerp-wijziging van
artikel 36 W.W.V. - voor dit doel een subcommissie van de W.W.V.-commissie
in te stellen. Daarin zouden dan ook anderen dan leden van de W.W.V.-commissie
zitting kunnen hebben, waarbij met name gedacht wordt aan vertegenwoordigers
van het bureau landelijk contact van C.R.M. en van de Gemeenschappelijke
Medische Dienst. Het gehele pakket van voorgenomen activiteiten en projecten
t.b.v. niet-actieven kan op deze wijze integraal worden beoordeeld. Na ver
kregen overeenstemming met de commissie hebben wij vervolgens de taak de
voorgenomen activiteiten, projecten of voorzieningen ten uitvoer te (doen)
brengen en dragen ook de uiteindelijke verantwoordelijkheid daarvoor.
Ook onderkennen wij het belang van goede onderlinge afstemming en
coördinatie op uitvoerend niveau. Om dat te bevorderen is in artikel 12 van
de concept-statuten imperatief geregeld, dat het bestuur van de stichting
een vaste commissie van advies dient in te stellen bestaande uit vertegen
woordigers van instellingen die sociaal-culturele activiteiten voor mensen
zonder werk organiseren. Het gaat er daarbij om, dat men de arbeidsgerichte
en de sociaal-culturele benaderingen niet als concurrerend,, maar als elkaar
aanvullend en stimulerend erkent, beide gericht op de belangen van dezelfde
doelgroep.
Tegen de achtergrond van de geschetste nieuwe structuur blijft er een
aantal activiteiten/projecten, nu vallend onder de rechtstreekse verantwoor
delijkheid van de stuurgroep, over de definitieve onderbrenging waarvan nog
een nadere beslissing zal moeten worden genomen.
Dit betreft onderstaande activiteiten/projecten:
a. vrijwilligersvacaturebank;
b. werklozenkrant;
c. gedeelte van het cursusaanbod, t.w. Engels, typen en autotechniek;
d. voorlichtings- en ontmoetingsfunctie.
Omtrent de inhoud en de plaats van deze activiteiten/projecten kan het
volgende worden opgemerkt.
ad a. Vrijwilligersvacaturebank.
De vrijwilligersvacaturebank houdt zich in haar huidige opzet bezig met
het bemiddelen tussen vraag naar en aanbod van door vrijwilligers te ver
richten werkzaamheden bij gesubsidieerde en andere non-profit organisaties.
Zij richt zich daarbij op de doelgroep mensen zonder werk met de bedoeling
om deze mensen, met behoud van hun uitkering, vrijwilligerswerk te laten
verrichten, teneinde hun kansen op (her)intreding in het arbeidsproces,
waar mogelijk, te vergroten. Gelet op deze taakstelling zou dit project zonder
bezwaar kunnen worden ondergebracht bij de nieuw te vormen stichting project
"Mensen zonder Werk".
ad b. Werklozenkrant.
Dit project, dat door een aantal mensen zonder werk op vrijwillige basis
wordt gedragen, moet naar onze mening - hoewel hierbij duidelijk sprake
is van een sociaal-culturele activiteit - niet worden ondergebracht bij een
van de bestaande sociaal-culturele instellingen. Voorkomen moet worden,
lat dit project wordt vereenzelvigd met de werkmethodiek en doelgroep van
eén bepaalde instelling. Overeenkomstig het advies van de stuurgroep terzake
dient daarom overwogen te worden om dit project te huisvesten in combinatie
net de nieuwe stichting. De begeleiding van het project zou onder verant
woordelijkheid van een of meer sociaal-culturele instellingen kunnen plaats
vinden.
-k-