N"\ VO ON e*- ON 'K 1— O (M U O tr\ 0) T3 T3 G G O T3 .~G G O C/2 rH CO 0) "H ca a> -p -« G <0 o ■p ca G <o a bO «.g O •W -P v> <a Q« *»^-P <K o bO O al H H T3 a °H T3 pq PH*W t3 rH b0 q 'd H H T3 rH •H -P fc *H bO <M "H M O -3 a öo o G -H *fH -p 2S ^0 02 •H P rH O G ^3 -H -P O O «k O itn ~t\i CD O C*-0 ro> o W"\ r— CM t—O O O co O O O r=> CO ON^ Vaststellen van de exploitatiekostenvergoedingen over 1981 overeenkomstig artikel 73, eerste en tweede lid van de Kleuteronderwijswet aan de besturen van de bijzondere kleuterscholen. Bijlage nr. 318 Leeuwarden, 19 augustus 1982. Aan de Gemeenteraad. De besturen van de in deze gemeente gevestigde bijzondere kleuter scholen hebben aanvragen ingediend om toekenning van de exploitatiekosten- vergoeding, als bedoeld in artikel 73, eerste en tweede lid van de Kleuter onderwijswet over het jaar 1981. Deze vergoeding valt uiteen in een vergoeding per lokaal en een vergoeding per kleuter. De vergoeding per lokaal dient ter bestrijding van de kosten van onder houd, verlichting, verwarming en schoonhouden van schoolgebouwen en wordt berekend naar het aantal lokalen, dat naar de maatstaf van artikel 4-3 der Wet noodzakelijk is te achten. De Minister van Onderwijs en Wetenschappen bepaalt jaarlijks het bedrag per lokaal. De vergoeding per kleuter dient ter bestrijding van de kosten van onderhoud van schoolmeubelen, ontwikkelingsmateriaal, hulpmiddelen en school- behoeften, voorzover die aanschaffing strekt ter vervanging van deze materialen, wanneer deze tengevolge van langdurig gebruik niet meer kunnen worden gebruikt, of tot aanvulling van de voorraad van schoolbehoeften in verband met vermindering door gebruik, alsmede van de andere uitgaven ter verzekering van de goede gang van het onderwijs. Deze vergoeding wordt berekend over het gemiddeld aantal kleuters naar de maatstaf van artikel 20 der wet en bedraagt per kleuter het bedrag, dat genoemde Minister eveneens jaarlijks vaststelt. Op grond van artikel 75, vierde lid, der wet worden jaarlijks voor schotten op deze vergoedingen verleend. De vergoeding, welke de gemeente over elk jaar krachtens artikel 77 van het Rijk ontvangt is gelijk aan het bedrag, dat de gemeente ingevolge artikel 73, eerste en tweede lid, aan de besturen van de bijzondere kleuterscholen is verschuldigd. De Minister van Onderwijs en Wetenschappen heeft de normbedragen voor het jaar 1982 vastgesteld op 4.575,00 per lokaal en 88,15 per kleuter. Voor de berekening van de toe te kennen vergoedingen verwijzen wij U naar de bij bijgaand ontwerp-besluit behorende staten. Uit deze staten blijken tevens de verrekeningen met de door de schoolbesturen genoten voorschotten. Voorzoveel nodig vindt tegelijkertijd een verrekening plaats betreffende betaalde belastingen. Op grond van vorenstaande adviseren wij U te besluiten overeenkomstig bijgevoegd ontwerp. Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3. ten Brug loco- Burgemeester. H.A. Lassche loco- Secretaris. •H fO -p rH G U U O e G O rH G G G -P G bo -p co o

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 117