Bij brief van 18 maart 1982 doen Burgemeester en Wethouders de commissie enige opmerkingen, aangaande het bezwaarschrift, toekomen. III. Hoorzitting In een vergadering van de commissie op 25 maart 1982 hebben bezwaarde en een vertegenwoordiger van Burgemeester en Wethouders namens de Raad hun stand punt nader toegelicht. a) De_subsidiëring van de huisvestingskosten van de accommodatie t.b.v. het stadsverniêuwIngsgë5Iëd~MÖIênpid7ÖIdëgaIIIêënT Van de kant van bezwaarde werd, kort samengevat de volgende toelichting gegeven: Nu over de kapitaallasten binnen het te subsidiëren bedrag van de huis vestingslasten geen accres wordt berekend, wordt voor bijvoorbeeld de wijkraad "Molen pad" 300,-- minder ontvangen, dan wanneer er wel een accres was bere kend over de kapitaallasten. Daarbij werd nog opgemerkt, dat zowel de huisvestingskosten als de kosten van organisatie van de huisvesting bij het vaststellen van het subsidie behoren te worden betrokken. Namens de gemeente werd meegedeeld dat de huur, die door de wijkorgani- saties moet worden betaald, in verband met het benutten van de accommo daties ten behoeve van de begeleiding van stadsvernieuwingsactiviteiten voor 100% wordt gesubsidieerd. Voorts werd opgemerkt dat in het huurbedrag bij het onderhavige geval de kapitaallasten volledig zijn meegerekend bij het vaststellen van het subsidiebedrag b) De subsidiërinq_in_de_extra_huisvestingskgsten_ten_behgeye_yaQ_d£ ^ccömmöda tie _voor_ngt_s tads ver nieuwij3gsggbied_tlui<£ua3=UQEDia. Namens het C.O.L. werd meegedeeld dat men er bezwaar tegen heeft dat de extra huisvestingskosten ten gevolge van het betrekken van een nieuwe accommodatie niet zijn gesubsidieerd. In een vergelijkbaar geval bij het betrekken van het projectbureau in het stadsvernieuwingsgebied Achter de Hoven/Vegelin was immers wel een extra subsidie verstrekt. Daarbij werd aangevoerd, dat het in de onderhavige situatie ging om een zich snel voltrekkende verandering en dat men vertrouwde op een besten dige beleidslijn bij de subsidiëring van de huisvestingslasten. Van de zijde van de gemeente werd er op gewezen dat de door het C.O.L. opgegeven kosten nogal wat verschilden van de verwachtingen die het gemeentebestuur daaromtrent had. Er was immers een afspraak dat de overgang van de verhuizing naar een nieuwe accommodatie budgettair neutraal zou worden opgelost. De gemeente werd echter plotseling geconfronteerd met kostenaspecten, die van tevoren niet in de beschouwing waren betrokken. Aan de kant van de gemeente bestond overigens de bereidheid om nog eens overleg te voeren over de kostenaspecten met betrekking tot de verandering van accommodatie. Van de kant van het C.O.L. werd dezelfde bereidheid uitgesproken. c) De subsidiëring in de huisvestingslasten van een projectbureau ten behoeve_ van hët stëdsvernlëuwïngsgëblëd'ÖranjëwijkT Namens reclamant werd opgemerkt dat voor de betreffende woonwijk een projectbureau onmisbaar is. Bij handhaving van de beslissing om dit bureau niet te subsidiëren zou het dan ook uit particuliere middelen aoeten worden gefinancierd. Het belang van een projectbureau in de Oranjewijk is volgens bezwaarde gelegen in de omstandigheid dat de wijk eigenlijk in twee projectgebieden Ls gesplitst, te weten: Klanderijbuurt/Tulpenburg en het gebied Emmaplein e.o. Het eerste genoemde gebied valt onder de werking van de Interim Saldo regeling Stadsvernieuwing. Het gebied Emmaplein e.o. heeft te lijden van de verkeersproblematiek in verband met de ontsluiting vanaf de Oulianaweg. Voorts is het gelet op het aantal uren dat de opbouwwerker aan de wijk kan besteden gewenst, dat hij tijdens deze uren kantoor in de wijk kan houden. Van de zijde van de gemeente wordt er op gewezen dat in de nabijheid van de wijk voldoende alternatieve mogelijkheden beschikbaar zijn. Deze zijn echter alle door de belangenvereniging Oranjewijk van de hand gewezen. IV Overwegingen van de commissie van advies inzake de beroep- en bezwaarschriften. a) De subsidiëring in de huisvestingskosten ten behoeve van de accommo datie voor hët Stadsvernieuwingsgebied ÖïdëgaIiIeen7MÖIenp5d De commissie is op grond van de door de gemeente overgelegde berekening van mening dat de berekening van de subsidie in de huisvestingskosten op correcte wijze heeft plaatsgevonden. Door de verhuurder, het Gemeentelijk Woningbedrijf, is over 1981 14.623,aan huur in rekening gebracht. In dit bedrag is de kapitaal- lasten-component, alsmede het accres daarover, begrepen. Ditzelfde bedrag is als huurbedrag in het subsidie- verdisconteerd. Nu reclamant in de volledige huur wordt gesubsidieerd, moet naar de mening van de commissie het bezwaar dienaangaande ongegrond worden verklaard. b) De subsidiëring in de extra huisvestingskosten in verband met een accommodatie ten behëëvë van hët stëdsvërniëuwingsgë5ied_Hüizum7Bornia Bij de commissie is binnengekomen een brief van Burgemeester en Wethouders van 28 mei 1982, kenmerk S.Z.W. 7447 vW/AT. In deze brief delen Burgemeester en Wethouders mede, dat inmiddels terzake overleg is gevoerd met het C.O.L. Burgemeester en Wethouders zeggen voorts dat het subsidieverzoek ten laste van de stelpost stadsvernieuwing terecht is afgewezen. Echter genoemd college heeft er bij nadere overweging wel begrip voor dat het C.O.L. ervan uitging dat de extra schoonmaakkosten en energiekosten, welke voortvloeien uit het betrekken van een nieuwe huisvesting, zouden worden gesubsidieerd. Gelet daarop acht genoemd college het reëel het gemeentelijk subsidie 1981 voor de zelfstandige werkeenheid Huizum-Bornia/Vegelin alsnog met 6.186,te verhogen. Uit genoemde brief blijkt dat het C.O.L. zich met genoemde verhoging van het subsidie kan verenigen. De vertegenwoordiger van het C.O.L. heeft zich tegenover het secretariaat van de commissie telefonisch akkoord verklaard met de hoogte van het subsidie. Hij had echter wel bezwaren tegen de berekeningswijze ervan. De commisie is, gelet op het vorenstaande, van mening dat het bezwaar, gericht tegen de hoogte van het subsidie gegrond moet worden verklaard met dien verstande dat aan het C.O.L. ten behoeve van de werkeenheid Huizum-Bornia een aanvullend subsidie van 6.186,wordt toegekend. -2- -3-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 150