2. Uitgangspunten en criteria waaraan beleidsombuiqinqsvoorstellen worden getoetst.
Het betrekking tot herwaardering van bestaand beleid en efficiency-onderzoek
(w.o. bezuinigingen):
1. De in paragraaf 3 beschreven hoofdprioriteiten zullen verhoudingsgewijs sterk
worden ontzien.
2. De volgende toetsingscriteria wegen zwaar:
a. de zwakkeren en de minst draagkrachtigen moeten zoveel mogelijk worden
ontzien en zullen bijzondere aandacht krijgen;
b. hoeveel en wat voor werkgelegenheid is gemoeid met bestaande taken of
voorzieningen;
c. de vergroting van de zeggenschap van mensen over hun woon-, werk- en leef-
situatie moet worden bevorderd;
d. het emancipatieproces van met name vrouwen moet worden voortgezet.
(Collegeprogramma A.3, 4 en 9, p. 3/4 en 6/7).
3. Het laten vervallen van arbeidsplaatsen bij de gemeente Leeuwarden zal niet
gepaard gaan,met onvrijwillig ontslag. Indien noodzakelijk zal overplaatsing
binnen het gemeentelijk apparaat tot de mogelijkheden behoren.
(A.9.b, p.6>
4. (Welzijnsvoorzieningen waaraan grote groepen van de bevolking actief deel
nemen worden, vergeleken met voorzieningen met een meer consumptief karakter,
zoveel mogelijk ontzien.
(A.9.b,p.6
5. Bij professionele vormen van kunst- en sportbeoefening is het streven erop
gericht, dat de gemeente alleen verantwoordelijk is voor de accommoda
ties
(A.9.b,p.6)
6. Ten behoeve van een systematische beleidsevaluatie wordt inzicht gegeve in
de vraag welke bevolkingsgroepen het meest van bestaande taken of voorz: eningen
profiteren
(A.9.c,p.7
7. Als wordt geconstateerd dat dienstverlening van particuliere bedrijven goed
koper is dan van de gemeente, worden deze activiteiten niet automatisch afge
stoten, maar eerst doorgelicht op efficiency en financieel beheer. Pas daarna
wordt een beslissing genomen.
(A.S.b,p.6)
Met etrekking tot het gemeentelijk inkomstenbeleid
8. erhoging van belasting en andere lasten van de burgers wordt tot het uiter-
te beperkt en afgewogen tegen handhaving van bestaand beleid en/of nieuwe
ieleidsvoornemens
•A.7.a,p.5)
9. De vaststelling van tarieven dient zodanig te zijn dat het maatschappelijke
endement van voorzieningen optimaal is.
A.7.b,p.5)
10. Voor gemeentelijke heffingen en belastingen zal zo mogelijk het principe
jelden dat de sterkste schouders de zwaarste lasten moeten dragen.
(A.7.c,p.5)
- 2 -