no. 15332
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 21 oktober
1982 (bijlage nr. 407);
gelet op de artikelen 272 en 274a van de Gemeentewet;
BESLUIT:
vast te stellen de volgende
Verordening tot wijzigen van de Verordening
op de heffing en invordering van een belas
ting op honden (5e wijziging).
Artikel I.
Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:
"1. Lid 3 wordt gelezen als volgt:
Voor honden die worden gehouden door leden van een gezin of samenwoning,
in de zin van artikel 1, eerste lid, onder c en d- van het Besluit bevol
kingsboekhouding, wordt degene, die als kostwinner van het gezin of de
samenwoning aangemerkt kan worden ais houder aangemerkt.
2. In het derde lid wordt voor "het hoofd van het gezin" gelezen "de kost
winner van het gezin of de samenwoning"."
Artikel II.
In artikel 4 wordt voor:
"f 40,--, 60,en 80,--" vermeld in het eerste lid onder respectievelijk
a tot en met c, gelezen respectievelijk 45,67,50 en 90,
"f 80,vermeld in het tweede lid, gelezen 90,
Artikel III.
Na artikel 10 wordt ingevoegd een nieuw artikel 10a, luidende als volgt
"Indien terzake van het houden van een hond meer dan één belastingplichtige
kan worden aangewezen, wordt de aanslag gesteld ten name van één van hen met
de toevoeging "c.s."."
Artikel IV.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1983.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzit er
Benoeming directeur gemeentelijke PABO
Bijlage nr. 408. Leeuwarden, 21 oktober 1982.
Aan de Gemeenteraad.
De "Verordening benoemen onderwijzend personeel" d.d. 10 oktober 1962
bepaalt, dat ten aanzien van het benoemen van- en het verlenen van ontslag
aan rectoren en directeuren van gemeentelijke scholen voor voortgezet on
derwijs de Raad het bevoegd gezag is als bedoeld in artikel 1, onder b, van
de Wet op het voortgezet onderwijs.
Een en ander impliceert, dat de benoeming van de directeur van de nog
te stichten gemeentelijke PABO te zijner tijd door Uw raad zou dienen te
geschieden.
Aangezien het hier in feite een samenvoeging betreft van twee scholen
die thans nog onder een verschillend bevoegd gezag ressorteren is van de
zijde van het ministerie van Onderwijs en Wetenschappen thans terzake een
speciale benoemingsprocedure voorgesteld, welke een uiterst zorgvuldige
gang van zaken garandeert. In deze procedure wordt ons College aangewezen
als orgaan dat bevoegd is de directeur te benoemen.
Een exemplaar van de procedure is voor U bij de stukken ter inzage ge
legd. Directie en personeel van beide betrokken scholen kunnen zich vinden
in deze procedure.
Gelet op het feit, dat de beleidsvrijheid waar het gaat om de benoe
ming van de directeur van de PABO in het onderhavige geval wel erg beperkt
is - een situatie waarvoor wij gegeven de belangen van het betrokken perso
neel alle begrip -hebben - stellen wij U voor ons college te machtigen in de
hoedanigheid van bevoegd gezag van de nog te stichten gemeentelijke PABO
de directeur te benoemen.
De Commissie voor Onderwijs zal over dit voorstel worden gehoord.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma, Burgemeester.
W.J.G. Reumer, Secretaris.
