De wettelijke basis daarvoor wordt in de volgende wetten gevonden: Distributiewet 1939, Hamsterwet, Prijzennoodwet, In- en uitvoerwet, Vorderingswet 1962 en de Wet Verzekering Beschikbaar Blijven van Goederen. In het raam zal alsdan de medewerking van de burgemeester worden gevraagd voor de vordering, de ontruiming en de inrichting van gebouwen ter onder brenging van rijksorganen en hun vertegenwoordigingen (die met de uitvoering van de vorenomschreven wetten zijn belast), het instellen van de distri- butiedienst en de uitreiking van distributiebescheiden. Een plan civiele verdediging doet niet anders dan- het in een organisatorisch kader plaatsen van o.a. de bovenbedoelde maatregelen, teneinde te voorkomen, dat ingeval van buitengewone omstandigheden, dat raamwerk nog tot stand moet worden gebracht. Civiele Verdediging en de gemeente Leeuwarden. Onder het motto, dat op de ernstigste gevolgen geen antwoord bestaat, maar dat voor een antwoord op de minder ernstige gevolgen van een oorlog(ssituatie) voorbereidingen behoren te worden getroffen, wordt mede gewerkt aan de uitvoering van de "Handleiding Civiele Verdediging in de Gemeente"; hoofdzakelijk betreft het medewerking, die bepaaldelijk van de burgemeester wordt gevorderd. In hoofdstuk 2.4 van de Nota "Niet tegen kernwapens alleen" worden concrete suggesties gedaan om niet langer mee te werken aan maatregelen, die betrek king hebben op de civiele verdediging. In de in de nota aangegeven volgorde worden daarbij puntsgewijze enige notities geplaatst. 1. a. Al jaren wordt geen bijdrage van de gemeente Leeuwarden geheven ten behoeve van de A-Kring Friesland-Noord Bescherming Bevolking. Overigens betreft het een wettelijke uitgave, die verplicht op de begroting moet worden opgenomen; bij gebreke waarvan Gedeputeerde Staten deze verplichte uitgave op de begroting zullen plaatsen. b. De terzake op de gemeente rustende contractuele verplichting met betrekking tot verhuur van een gebouw aan de B.B. zal moeten worden nagekomen. c. De gemeente Leeuwarden heeft geen aparte wettelijke bevoegdheid bedoelde gemeenschappelijke oefeningen tegen te gaan, aannemende, dat een en ander zich afspeelt binnen de grenzen, die ook voor burgers gelden. 2. De herverdeling van taken, die thans aan de B.B. zijn toebedeeld, aan onder andere de Brandweerhulpverleningsdiensten, het Rode Kruis, de 3. Geneeskundige diensten en het Korps Mobiele Colonnes wordt bij wet geregeld. Het onttrekken aan die wettelijke verplichting betekent in feite "bestuurlijke ongehoorzaamheid", terwijl elke bestuurder, waaronder ook de raadsleden, trouw gezworen/beloofd hebben trouw te zijn aan "de wetten des Lands". 4. Het Leeuwarder rampenplan is voor rampen in vredestijd geschreven. Het voorziet niet in de inschakeling van B.B. noodwachters 5. De medewerking van de gemeenteraad voor het beschikbaar stellen van krediet ten behoeve van het aanleggen van een openbare (atoom)) schuil kelder zal niet meer worden gevraagd. Aan de rijksbijdrage ad 3.158.74-0,ten behoeve van het stichten van de openbare schuilgelegenheid onder het Wilhelminaplein, waarmede de gemeenteraad in zijn vergadering van 8 januari 1979 heeft ingestemd, is een instandhoudingsverplichting verbonden. Het niet-nakomen van deze verplichting kan ernstige financiële gevolgen hebben. Omtrent het al dan niet aanleggen van openbare schuilgelegenheden kan te zijner tijd indien de door de minister van Binnenlandse Zaken toegezegde notitie over het schuilplaatsenbeleid is verschenen, een discussie in de Tweede Kamer der Staten-Generaal worden verwacht. 6. Het Koninklijk Besluit Bedrijfszelfbescherming 1958 eist voor inrichtingen, waar meer dan 30 personen verblijven, een beschermingsplan, hetwelk aan de Burgemeester moet worden voorgelegd. Deze verplichting geldt ook voor gemeentelijke diensten. De hieruit voortvloeiende maatregelen kunnen ook ingeval van een ernstige onvoorziene gebeurtenis in vredestijd dienst doen. Het Besluit bescherming waterleidingbedrijven (KB van 29 augustus 1963, Stb. 381) verplicht waterleidingbedrijven een beschermingsplan vast te stellen. Het Besluit bescherming gas- en electriciteitsbedrijven van 12 december 1957, Stb. 580, legt o.m. de N.V. Frigas de verplichting op tot het treffen van bedrijfszelfbeschermingsmaatregelen. 7. In Leeuwarden is geen ambtenaar aangesteld met de specifieke functie civiele verdediging. Voorzover te dezer zaken voorbereidende maatregelen zijn of worden getroffen, geschiedt dat over het algemeen op de afdeling Kabinet en Algemene Zaken. Gezien de meestal verplichte en beperkte rol van de gemeente ten aanzien van deze materie, geven wij U in overweging kennis te nemen van de Nota en het bovenstaande preadvies en de indieners hiervan in kennis te stellen door toezending van het preadvies. De Commissie Bestuurlijke Aangelegenheden is over deze aangelegenheid gehoord Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, 3.S. Brandsma Burgemeester. W.3.G. Reumer Secretaris. - 4 - - 5 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 448