Resultaten van net evaluatie-onderzoek parkeren en het wijzigen van de Parkeer en parkeergeldverordening. Bijlage no. 302. Leeuwarden, 1 juli 1982. Aan de Gemeenteraad. Gelijktijdig met de invoering van de verkeersmaatregelen voor de binnenstad, welke een gevolg waren van de vaststelling van het Verkeersstructuur- en Uit werkingsplan, werd voor dit gedeelte van de stad een geheel nieuw parkeerregime ingesteld. Als belangrijke kenmerken van dit parkeersysteem kunnen worden genoemd: 1. het uitgangspunt, dat hoe dichter bij het centrum wordt geparkeerd, hoe korter de maximaal toegestane parkeerduur is en hoe hoger het tarief; 2. de tariefstelling er op gericht is, dat degenen die in de binnenstad werken, hun auto parkeren op de dagterreinen aan de rand van de binnenstad; 3. het invoeren van een systeem van belanghebbenden-parkeren, waarbij bewoners en bedrijven door middel van vergunningen en abonnementen al dan niet vaste parkeerplaatsen kunnen verkrijgen. In de raadsbrief waarin krediet werd gevraagd voor het aanschaffen van de benodigde parkeerapparatuur c.a. is de toezegging gedaan, dat enige tijd na invoering van het nieuwe parkeerregime een evaluatie hiervan zou plaatsvinden. Daarbij zou worden nagegaan, of en in welke mate er verschuivingen zijn opgetreden ten opzichte van de uitkomsten van het parkeeronderzoek in 1978. Het hier bedoelde evaluatie-onderzoek is gehouden in september 1980 (aangevuld in begin 1981) en de resultaten hiervan zijn neergelegd in een nota, die U hierbij wordt toegezonden. Effecten van het parkeerregime. Als belangrijkste positieve effecten van het nieuwe parkeerregime komen uit het rapport naar voren: - het verbeteren van het parkeercomfort voor vrijwel alle categorieën parkeerders - met uitzondering van de werkers - door kortere loopafstanden en een vrijere keuze van het bezoektijdstip - het verbeteren van de bereikbaarheid van het centrale gedeelte van de binnen stad voor kort-parkeerders doordat de daar aanwezige parkeerruimte niet meer wordt bezet door langparkeerderswaardoor deze parkeerplaatsen tevens efficiënter kunnen worden gebruikt; - in de keuze van de wijze van vervoer heeft zich in die zin een belangrijke verschuiving voltrokken, dat de auto plaats heeft gemaakt voor de fiets of het openbaar vervoer; een dergelijke wijziging is in het Structuurplan voor de binnenstad indertijd als standaarddoel aangegeven; - de gemiddelde parkeerduur is, opnieuw met uitzondering van de werkers, voor de categorieën parkeerders gedaald, waardoor meer parkeerders kunnen worden verwerkt bij een gelijkblijvend aantal parkeerplaatsen; - er gaat minder tijd verloren met het zoeken van een parkeerplaats.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1982 | | pagina 63