Nr. 19423
üE RAAD VAN DE GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 30 december 1982
(bijlage nr. 13);
BESLUIT:
de Algemene Politie Verordening Leeuwarden wordt gewijzigd als volgt:
aan hoofdstuk D (openbare zedelijkheid van deze verordening wordt toegevoegd
A. een Afdeling 3, met als titel "Sexinrichtingen"
B. een artikel D5, luidende als volgt:
1. Het is verboden een gebouw of een deel daarvan, waarover men de beschik
king heeft, als sexinrichting te gebruiken. Onder sexinrichting wordt
verstaan:
a. elke voor het publiek toegankelijke ruimte waar voorstellingen van
erotisch-pornografische aard worden gegeven met dia's en/of film
(sexbioscoop)
b. elke voor het publiek toegankelijke ruimte waar ook anders dan met
dia's en/of film voorstellingen van erotisch-pornografische aard
worden gegeven en/of waar uit winstbejag gelegenheid wordt gegeven
tot het plegen van ontuchtige handelingen (b.v. een sexclub);
c. elke voor het publiek toegankelijke ruimte waar door middel van auto
maten voorstellingen van erotisch-pornografische aard worden gegeven
(sexautomatenhal
2. Van het in het eerste lid bedoelde verbod kan de Burgemeester ontheffing
verlenen binnen een door hem daartoe aangewezen gebied en onder door hem
te geven voorschriften.
3. Bij overtreding van het verbod of bij niet-nakoming van de voorschriften,
verbonden aan de ontheffing, is de Burgemeester bevoegd te bevelen tot
sluiting van het gebouw of een deel daarvan.
4. De sluiting als in het derde lid bedoeld wordt geacht in het openbaar
bekend te zijn gemaakt, zodra een afschrift van het bevel tot sluiting
op, in of nabij de toegang of de toegangen van het gebouw is aangebracht.
Een ieder is verplicht toe te laten, dat dit afschrift wordt aangebracht
en aangebracht blijft, zolang het bevel van de Burgemeester van kracht is.
Spoedeisende gevallen uitgezonderd, wordt niet tot sluiting overgegaan,
alvorens degene te wiens aanzien het besluit wordt genomen door of namens
de Burgemeester in de gelegenheid is gesteld te worden gehoord.
3. Het is verboden een gebouw of een deel daarvan te bezoeken en daarin te
verblijven of personen daarin toe te laten, nadat de sluiting daarvan in
het openbaar bekend is gemaakt. Dit verbod is niet van toepassing op degene
