4-4
moet als toereikend worden beschouwd
ter dekking van de vervoerskosten
en leermiddelen.
Uit het voorgaande blijkt, dat aan
dit O.E.T.C. uitsluitend kinderen
van in Leeuwarden wonende buiten
landers deelnemen.
Wat betreft het O.E.T.C. is er
geen contact met instellingen die
werkzaamzijn op sociaal-cultureel
terrein.
C. Kleuter- en lager onderwijs
(k.o./l.o.
C 181. Hoe is voor de dorpen het vooruit
zicht voor een basisschool?
Kan in alle gevallen aan de norm
van de WBO worden voldaan?
Pa 182. Wat zijn de voornemens van het college
inzake de vorming van basisscholen
uit scholen voor kleuteronderwijs
en lager onderwijs die niet aan de
normen van de (overgangs)wet op het
basisonderwijs zullen voldoen?
(dit vooral in het licht van het
herstructureringsplan basisonderwijs)
P 183. Hoe is de ontwikkeling van het leerlin
gental van respectievelijk de Sint-
Anthonyschool en de school in Hempens
in verband met de opheffingsnorm?
181/ Momenteel wordt gewerkt aan het op-
182. stellen van het herstructurerings
plan basisonderwijs, dat voor
1-4-1984 ter vaststelling aan U
zal worden voorgelegd.
Wij verwachten dat ook in de dor
pen per 1-8-1985 basisscholen zul
len kunnen worden gevormd, m.u.v.
Hempens.
(Zie tevens beantwoording vraag
183).
183. Ondanks de dalende tendens in het
aantal leerlingen en kleuters aan
resp. de St. Antonyschool (l.o.)
en de Lijster (k.o.) kan reeds
thans op basis van de aantallen
op 16-1-1983 worden vastgesteld dat
de beide scholen per 1-8-1985
automatisch tot basisschool kunnen
worden omgevormd.
Bij raadsbesluit van 11-1-1982
hebt U besloten tot instandhouding
van de school te Hempens. Dit
geldt tot 1-8-1985.
Gelet op het huidige leerlingen
aantal (26) en de prognose op
langere termijn, die een dalende
tendens te zien geeft, zal waar
schijnlijk niet kunnen worden vol
daan aan de instandhoudingscriteria
voor een basisschool te Hempens.
D 184. Is het mogelijk dat de gemeente een
actievere rol kan gaan spelen t.a.v.
voorlichting aan 6e-klassers van la
gere scholen en hun ouders m.b.t. de
keuze voor vervolgonderwijs?
1S4. De gemeente is thans bij de voor
lichting aan de zesdeklassers van
het openbaar g.l.o. betrokken via
het uitbrengen van de voorlichtings
brochure "De Schoolwijzer"Deze
brochure is een gezamenlijke uit
gave van de gemeenschappelijke
Schoolraad, de V.O.O., de A.B.O.P.
4-5
C185. Is de raming van de personeelsbezetting
schoolbegeleiding (bijlagen bel.plan)
in 1984 e.v. jaren als reëel aan te
merken nu gestreefd wordt naar inte
gratie per 1 januari 1984?
Zal, los van het basispakket van het
G.C.O., na integratie het takenpakket
in zijn huidige vorm kunnen worden ge
handhaafd ondanks de financiële ingre
pen die reeds hebben plaatsgevonden
in de overwegend personele en materiële
sfeer?
en de afd. Onderwijs van de Gemeen
te. Daarnaast worden thans vanuit
de projectgroep "Samenwerkingsver
band" initiatieven ontwikkeld om te
komen tot een gezamenlijke voor
lichting van de openbare en alge
meen-bijzondere scholen voor l.b.o./
a.v.o./v.w.o. Bij deze voorlich
ting zal algemene informatie over
het openbaar en algemeen bijzonder
onderwijs worden verstrekt, terwijl
daarnaast de afzonderlijke scholen
gelegenheid krijgen zich te pre
senteren.
Gezien deze ontwikkelingen zien wij
geen aanleiding een actievere rol
bij de voorlichting te gaan spelen.
185. In die bijlagen is de raming bij
ongewijzigd beleid opgenomen.
Deze wijkt zowel af van de huidige
feitelijke situatie als van de
nagestreefde toekomstige situatie
na herwaardering en integratie.
In het kader van de herwaardering
1982-1986 hebt U besloten een bedrag
van 690.000,te bezuinigen op
de S.A.D.
Bij de desbetreffende voorstellen
zijn de personele, materiële en
inhoudelijke effecten aangegeven.
Daaruit blijkt dat het huidige niveau
en de huidige wijze van dienstver
lening niet onaangetast kunnen blij
ven.
De integratie op zich staat overigens
los van de inhoud en omvang van het
takenpakket.
D. Voortgezet onderwijs
Pa 186. Binnen welke randvoorwaarden werken de
vertegenwoordigers van de gemeentelijke
scholen voor voortgezet onderwijs aan
het formuleren van voorstellen met be
trekking tot de toekomst van het gemeen
telijk voortgezet onderwijs?
Hoe is de inbreng van de raad hierbij
gewaarborgd?
186. Onze visie op de ontwikkeling van
het voortgezet onderwijs hebben
wij neergelegd in de conceptraam
nota Onderwijsbeleid. Deze con
ceptnota is momenteel - met verzoek
om commentaar - in het onderwijs
veld in behandeling.
In de loop van 1984 zal de nota U
ter vaststelling worden voorgelegd.