- 2 - plaatselijke situatie. In de praktijk ia gebleken, dat de gemeentelijke verorde ning goed functioneert en voldoende te gemoet komt aan specifieke situaties binnen de sector amateuristische kunst beoefening. Wij stellen U dan ook voor deze circulaire voor kennisgeving aan te nemen. C. Brief van 12-3-'84 van de heer W.J.H. Drent, Adriaan Brouwer straat 35, alhier, inzake her haald verzoek tot wijziging van de samenstelling van de Taxiver ordening. D. Brief van 17-2-'84 van de heer W.J.H. Drent, Adriaan Brouwer straat 35, alhier, houdende een reactie op de brief van 14 februari jl. inzake afwijzing verzoek tot wijziging van de samenstelling taxi-adviescommis sie. Voorgesteld wordt deze brieven voor ken nisgeving aan te nemen, gelet op de discussie in de raad op 20-2-'84. E. Verzoek van het bestuur van de Gereformeerde Schoolvereniging Leeuwarden om medewerking voor de aanschaf van een leesmethode "Be grijpend-studerend lezen" voor de basisschool. F. Brief van 26 januari 1984 van me vrouw B. Schouwstra, waarin zij mededeelt dat haar uitkering te laag is. G. Brief van 2 februari 1984 van de Kontaktgroep Vrouwen in de WAO/ AWW Friesland, waarin de gemeen te wordt gevraagd zich uit te spreken over de financiële situatie van uitkeringsgerechtig den en waarin wordt gevraagd stappen te ondernemen die leiden tot lastenverlichting. H. Petitie van 8 februari 1984 van de Bondsgroep Uitkerings gerechtigden van de Dienstenbond F.N.V., waarin aandacht wordt ge vraagd voor de financiële proble matiek waarin uitkeringsgerech tigden verkeren. Voorgesteld wordt dit verzoek, deze brieven en deze petitie in handen te stellen van Burgemeester en Wethouders om preadvies. Brief van de heer Slager (Van Eyck van Heslinga) van 1 december 1983 waarin hij te kennen geeft zijn benoeming als lid van de Be stuurscommissie C.B.B. op voor dracht van het V.N.O. niet te willen aanvaarden. De bedoelde beslissing van de heer Slager is gebaseerd op zijn ontstemming over de procedure van aanbesteding van bijkomende werkzaamheden in het kader van het realiseren van een gebouw voor het C.B.B. Aangevoerd wordt, dat het naar de mening van betrokkene, mede gelet op het hoge werkloosheidspercentage in de regio, niet in de rede ligt dat de gemeen telijke overheid projecten als de bouw van het C.B.B. (en de daarmee samenhan gende uit te besteden bijkomende werk zaamheden) buiten de provincie Fries land aanbesteedt. Van deze stellingname mag zijns inziens eerst afgeweken worden indien hiervoor zwaarwegende redenen zijn aan te voeren. In dit verband merken wij op, dat ook wij van mening zijn dat zoveel mogelijk moet worden getracht de lokale en regio nale werkgelegenheid te stimuleren en dat bouwprojecten als het onderhavige zich daarvoor lenen. Wij menen echter niet zover te moeten gaan, dat louter Friese en in het bij zonder Leeuwarder bedrijven in aan merking zouden mogen komen voor het uit voeren van bouwwerken waarvoor de gemeente opdracht verleent. Dit zou naar onze mening tot gevolg hebben, dat ook vanuit andere regio's een zelfde beleidslijn zou worden gevoerd, waardoor het voor het Friese bedrijfsleven onmo gelijk wordt gemaakt elders in den lande bouwwerken uit te voeren. Om die reden hebben wij de hoofdaannemer voor het C.B.B.-gebouw (S W moduulsysteem b.v. te Montfoort) verzocht zo mogelijk Friese bedrijven bij de uitbesteding van werkzaamheden te betrekken. Uitgaande van het gebruikelijke principe dat de opdracht wordt gegund aan de laagste in schrijver, heeft dit erin geresulteerd, dat voor twee onderdelen van de bij komende werkzaamheden een bedrijf uit Genemuiden het werk zal uitvoeren en dat voor een derde onderdeel (de elektrische installatie) aan een Leeuwarder bedrijf de opdracht is verleend. Gelet op het vorenstaande stellen wij U voor adressant van deze zienswijze in kennis te stellen en hem te verzoeken zijn standpunt ten aanzien van het lid maatschap van de Bestuurscommissie C.B.B. in heroverweging te nemen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 10