II. Verzoek van de stichting "De Ooievaar". In Uw vergadering van 6 juni 1983 hebt U besloten voor de organisatie van een vijftal popconcerten in 1983 aan de stichting "De Ooievaar" een subsidiil van maximaal 12.500,alsmede een garantiesubsidie van maximaal 7.500,te verstrekken. Tevens besloot U voor de organisatie van een tweedaagse muziekmanifestatie I een subsidie van 5.150,alsmede een garantiesubsidie van maximaal 9.250,beschikbaar te stellen. Het door de stichting opgestelde programma voor 1984 bestaat uit een 14-tal popconcerten, waarvan 9 grootschalige, te houden in Theater aan het Waters Zalen Schaaf en 5 kleinschalige bijv. te houden in de Synagoge. Daarnaast is men voornemens een groot evenement te organiseren, dat zou kun nen plaatsvinden in de evenementenhal. De stichting vraagt voor de uitvoering van dit programma een subsidie van 46.950, Tevens wordt een garantie gevraagd ter dekking van eventuele tekorten als gevolg van tegenvallende bezoekersaantallen tot een totaalbedrag van 27.750,— (totaal 46.950,— 27.750,— is 74.700, Met betrekking tot dit verzoek merken wij het volgende op. De activiteiten van de stichting voorzien in een grote behoefte. Er zal daar om getracht moeten worden deze activiteiten ook in de komende jaren te con tinueren. Aangezien de stichting een voorwaardenscheppende organisatie is op het terrein van de (pop-)muziek, zijn wij van mening dat ook deze stichting op vergelijkbare wijze als de overige voorwaardenscheppende organisaties gesubsidieerd zou kunnen worden. Toepassing van de bestaande regeling zou betekenen, dat een subsidie kan worden verstrekt van 50% van de begrote kosten tot maximaal 50% van het be grote tekort tot hoogstens het werkelijke exploitatietekort. Uit de rekeningcijfers van de in 1983 door de stichting georganiseerde con certen, blijkt dat het tekort op deze concerten (in totaal 6.000, aan zienlijk lager is geweest dan het bedrag dat op grond van genoemde regeling verleend zou kunnen worden (50% van 35.500,— is 17.750, Wij achten het gelet hierop niet noodzakelijk voor 1984 een subsidie toe te kennen gelijk aan 50% van de begrote kosten. Naar onze mening kan worden volstaan met een subsidie van maximaal 25% van de begrote kosten tot maxi maal het werkelijke tekort (in 1983 was het tekort 17% van de totale kosten). De totale kosten van 14 concerten en 1 evenement worden begroot op 113.000, Het subsidie kan op grond van het vorenstaande worden berekeni op maximaal 28.500, Wij stellen U derhalve voor de stichting "De Ooievaar" voor het organiseren van een 14-tal popconcerten en een groot evenement in 1984 een subsidie be schikbaar te stellen van maximaal 28.500, Wij achten het niet noodzakelijk om daarnaast nog een garantiesubsidie be schikbaar te stellen. De Adviescommissie Cultuur is terzake gehoord. Ten aanzien van de dekking van de te verlenen bijdragen van in totaal 39.500,11.000,en 28.500,merken wij nog het volgende op. In het kader van de herwaarding 1984-1988 hebt U besloten van de in de ge meentebegroting 1984 gereserveerde middelen voor het open jeugd- en jongere» werk op stedelijk niveau (volgnr. 571) een bedrag van totaal 55.000,—te reserveren voor de subsidiëring van een voorziening c.q. activiteiten op het terrein van de eigentijdse/niet traditionele vormen van muziekbeoefe ning. Genoemd bedrag van 39.500,kan eenmalig worden gedekt t.l.v. deze reser vering. Tot slot merken wij nog op dat het in de onderhavige gevallen gaat om sub sidiëring op incidentele basis, nl. voor het jaar 1984. Binnen afzienbare tijd zullen wij U nadere voorstellen voorleggen omtrent de subsidiëring van deze initiatieven voor de periode na 1984. Onder vermelding dat de Raadsadviescommissie Welzijn terzake is gehoord, stellen wij U voor te besluiten overeenkomstig het hierbijgevoegde ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, mr. G.J. te Loo Burgemeester. mr. W.J.G. Reumer Secretaris. - 2 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 401