Nr. 7695
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
overwegende, dat het wenselijk is met betrekking tot het westelijk deel van
het plangebied "Lange Marktstraat-Noord" een voorbereidingsbesluit te nemen;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 3 mei 1984, (bijlage
nr. 182);
gelet op artikel 21, eerste, tweede en vierde lid van de Wet op de Ruim
telijke Ordening;
BESLUIT
te verklaren, dat een herziening van het bestemmingsplan "Lange Marktstraat-
Noord" wordt voorbereid voor het westelijk deel van dit plangebied, nader aange
geven met een zwarte stippellijn op de bij dit besluit behorende tekening
nr. 132 Dl—17.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Aanschaffing computerapparatuur ten behoeve van de gemeentelijke scholen voor
voortgezet onderwijs alsmede de gemeentelijke Pabo.
Bijlage no. 183 Leeuwarden, 3 mei 1984.
Aan de Gemeenteraad.
Algemeen
Een van de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van het onderwijs is
momenteel de ontwikkeling van het leergebied informatica. De noodzaak om ook in
het onderwijs aandacht te besteden aan (de gevolgen van) de micro-electronica
wordt allerwegen onderkend. Om die reden zijn onder andere van rijkswege stappen
ondernomen om het leergebied informatica te "ontginnen". Zo is er ondermeer geld,
apparatuur en deskundigheid beschikbaar gesteld voor het "Project Burgerinforma-
tica", ook wel genaamd het "100 Scholen Project". Zeer tot onze spijt zijn ver
zoeken van ons college om deelname aan dit project niet gehonoreerd.
Naast faciliteiten ten behoeve van dit project heeft de minister van Onder
wijs en Wetenschappen bij brief van 19 september 1983 kenbaar gemaakt dat er
ten behoeve van de rijksscholen middelen beschikbaar zijn ten behoeve van de
aanschaf van computerapparatuur.
Het vorenstaande heeft overigens uitsluitend betrekking op het algemeen
voortgezet- en het voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (resp. a.v.o. en
v.w.o.
Het beroepsonderwijs is een hoofdstuk apart. De ministers van Onderwijs,
Eoonomische Zaken en Landbouw zullen gezamenlijk gedurende de eerstkomende vijf
jaar een bedrag van 640 miljoen gulden uittrekken ter bevordering van infor
matica en informatica-technologie.
Van genoemd bedrag levert de minister van Onderwijs een bedrag van ongeveer
230 miljoen gulden voor onderwijs en onderzoek. Binnen het onderwijs wordt de
prioriteit gelegd bij het beroepsonderwijs. In alle vormen van beroepsonderwijs
(L.B.O., M.B.O. en H.B.O.) ligt het accent van het nieuwe beleid vooral op de
toepassing van informatica.
Dat het beleid van de overheid terzake zich niet alleen richt op het onder
wijs moge blijken uit het feit, dat naast genoemd bedrag van 640 miljoen gulden
ook nog eens een bedrag van 500 miljoen ter beschikking is gekomen voor de sti
mulering van de marktsector. Geconcludeerd kan worden dat het onderwijs zich
haast om een niet al te grote achterstand op het terrein van de informatica op
te lopen.
Het behoeft geen betoog, dat daar waar het volgen van de ontwikkelingen op
het terrein van de informatica ten behoeve van de leerlingen van het grootste
belang is, zulks mutatis mutandis ook op de onderwijsgevenden van toepassing is.
Het is zonneklaar dat ook onderwijsgevenden zich zullen moeten bekwamen in het
gebruik van en de omgang met computers in het onderwijs.
Naar de mening van terzake deskundigen zal de computer binnen afzienbare
tijd ook zijn intrede doen binnen het kleuter- en lager onderwijs. Om die reden
verdient het aanbeveling de in deze vormen van onderwijs werkzame onderwijs
gevenden op niet al te lange termijn enigszins vertrouwd te maken met het ge
bruik van computers in het onderwijs.
Teneinde een en ander te kunnen realiseren zal de gemeentelijke Pabo op
korte termijn de beschikking dienen te krijgen over computerapparatuur. In ver
band met de dringende noodzaak die wij aanwezig achten m.b.t. een goede scholing