Verbouw van de wijkaccommodatie in de wijk Molenpad.
Bijlage no. 221 Leeuwarden, 14 juni 1984.
Aan de Gemeenteraad.
In de "accommodatienota" die op 13 oktober 1980 door U is vastgesteld, is
rekening gehouden met een verbetering van het buurthuis Molenpad in het kader
van de Interim Saldo Regeling, te realiseren in de jaren 1984/1985 voor een be
drag ter grootte van 250.000,(prijspeil 1980).
Een hierop gebaseerd plan is opgenomen in het ISR-uitvoeringsplan voor het
gebied Molenpad dat op 7 juni 1982 (nr. 7435) door U werd vastgesteld en ver
volgens is ingediend bij het Rijk.
Een beschikking van het ministerie van W.V.C. is uitgebleven, zodat de uit
voering van het plan voor onbepaalde tijd moest worden uitgesteld.
Onlangs zijn door het genoemde ministerie extra financiële middelen in het
kader van werkgelegenheidsstimulerende maatregelen aan de gemeente Leeuwarden
toegezegd voor de realisering van sociaal-culturele accommodaties in
ISR-gebieden. Wij hebben ondermeer het onderhavige project voor realisering in
genoemd kader bij het ministerie aangemeld.
De Stadsvernieuwingscorporatie Leeuwarden die als architect optreedt heeft
op ons verzoek daarom nu bij ons een besteksklaar plan voor de verbetering van
de wijkaccommodatie ingediend. De kosten van het verbouwplan zijn geraamd op
afgerond 304.000,
Voor een nadere omschrijving van het verbouwplan verwijzen wij U
kortheidshalve naar de stukken die voor U ter inzage zijn gelegd.
Wij zijn van mening dat het plan sober en doelmatig is en dat het gebouw na
realisering daarvan meer adequaat als wijkgebouw kan functioneren. Daarnaast kan
worden gesteld dat het gebouw na verbouwing zal voldoen aan de op grond van de
Wet Geluidhinder te stellen voorwaarden.
Gelet op het vorenstaande kunnen wij ons met het ingediende plan verenigen.
Wel dient nog, alvorens een bouwvergunning kan worden verleend, een zgn. art. 19
procedure te worden doorlopen. Daarvoor zijn inmiddels de nodige maatregelen
getroffen.
De wijkaccommodatie wordt gemeentelijk eigendom en zal aan de wijkorganisap-
tie in gebruik worden gegeven. Het ligt in de bedoeling ook het beheer aan de
wijkorganisatie op te dragen onder nog nader vast te stellen voorwaarden. Ook
ten aanzien van deze accommodatie geldt het uitgangspunt, dat de exploitatie
behoudens voorgenomen wijzigingen in de subsidiestructuur voor buurt- en wijk-
0! ganisaties, zonder extra gemeentelijk subsidie dekkend moet zijn.
Met de op basis van dit uitgangspunt door de wijkvereniging opgestelde
exploitatiebegroting kunnen wij ons verenigen.
Aangezien wij van oordeel zijn dat de verbouwing van het huidige gebouw
noodzakelijk is voor de verdere uitvoering van het wijkwerk in de wijk Molenpad,
stellen wij U voor daartoe een krediet beschikbaar te stellen.
Ten aanzien van de wijze van financiering van het bouwplan merken wij het
volgende op.
Zoals hierboven is aangegeven hebben wij het onderhavige project in het
kader van de eerdergenoemde werkgelegenheidsstimulerende maatregel aangemeld
voor een rijksbijdrage tot een bedrag van 304.000,(W.V.C. 228.000,
VR0M 76.000,--)
Indien het rijk het ingediende verzoek honoreert is in de financiering van
de onderhavige verbouwing voorzien zonder een gemeentelijke bijdrage. Uit over
leg met het ministerie is ons gebleken dat het rijk positief staat ten opzichte
van dit project.