d. één lid, vertegenwoordigende_het bestuur van het Rooms-Katholiek
onderwijs, wordt benoemd op voordracht van het bestuur van de
Stichting Katholiek onderwijs Leeuwarden.
e. één lid, vertegenwoordigende de besturen van het neutraal bij
zonder onderwijs, wordt benoemd op gezamenlijke voordracht van
de besturen van de deelnemende neutraal-bijzondere scholen voor
basisonderwijs en speciaal onderwijs in de gemeente.
f. twee leden, vertegenwoordigende de ouders van leerlingen uit het
openbaar basis- en speciaal onderwijs, worden benoemd op voor
dracht van Burgemeester en Wethouders.
g. twee leden, vertegenwoordigende de ouders van leerlingen uit het
Prot.-Chr. basis- en speciaal onderwijs, worden benoemd op voor
dracht van de onder c. genoemde besturen.
h. één lid, vertegenwoordigende de ouders van leerlingen uit het
Rooms-Katholiek basisonderwijs, wordt benoemd op voordracht van
het onder d. genoemde bestuur.
i. één lid, vertegenwoordigende de ouders van leerlingen uit het
neutraal-bijzonder basis- en speciaal onderwijs, wordt bemoemd
op voordracht van de onder e. genoemde besturen.
j. twee leden, vertegenwoordigende het onderwijzend personeel uit
het openbaar basis- en speciaal onderwijs, worden benoemd op
voordracht van Burgemeester en Wethouders.
k. twee leden, vertegenwoordigende het onderwijzend personeel uit
het Prot.-Chr. basis- en speciaal onderwijs, worden benoemd op
voordracht van de onder genoemde besturen.
1. één lid, vertegenwoordigende het onderwijzend personeel uit
het Rooms-Katholiek basisonderwijs, wordt benoemd op voordracht
van het onder d_. genoemde bestuur.
m. één lid, vertegenwoordigende het onderwijzend personeel uit het
neutraal-bijzonder basis- en speciaal onderwijs, wordt benoemd op
voordracht van de onder c. genoemde besturen.
4. Bij een vacature voor een lid, benoemd krachtens het derde lid,
zenden de instanties die het lid in wiens vacature moet worden
voorzien hebben voorgedragen, een voordracht, bevattende de namen
van zo mogelijk twee personen, aan de raad.
5. De leden worden benoemd voor een periode van vier jaren en zijn
dadelijk herbenoembaar.
De voor een benoeming geldende regelen zijn op een herbenoeming
van toepassing.
6. Degene, die ter vervulling van een buiten de gewone tijd van af
treden, opengevallen plaats tot lid is benoemd, treedt af op het
tijdstip, waarop degene, in wiens plaats hij is benoemd, zou heb
ben moeten aftreden.
Artikel 10
De in artikel 9, lid 2 en lid 3 genoemde leden treden af met in
gang van de eerste dinsdag van september van het jaar, waarin de
leden van de gemeenteraad periodiek aftreden.
Artikel 11
1. Medewerk(st)ers van de Schooladviesdienst kunnen geen lid van het
algemeen bestuur zijn.
2. Het bepaalde in artikel 26, onder a. en c.van de gemeentewet is
voor de leden van het algemeen bestuur van overeenkomstige toepas
sing.
Artikel 12
1. Een lid van het algemeen bestuur, dat na zijn benoeming een met
het lidmaatschap onverenigbare betrekking vervult of aanneemt,
geeft daarvan terstond kennis aan de raad.
2. Ook wanneer zodanige kennisgeving achterwege wordt gelaten, ver
leent de raad in een geval als bedoeld in het eerste lid, zodra
dat te zijner kennis komt, aan de betrokkene ontslag.
Artikel 13
De leden van het algemeen bestuur kunnen te allen tijde ontslag
nemen.
Zij zenden dit schriftelijk in aan de raad.
Het lid, dat ontslag heeft ingediend, blijft niettemin lid tot
in zijn opvoging is voorzien.
II Dagelijks bestuur
Artikel 14
1. Het algemeen bestuur wijst uit zijn midden een vice-voorzitter
alsmede drie leden aan, die gezamenlijk met de voorzitter het
dagelijks bestuur vormen.