- 4 - taak van Leeuwarden in het kader van de spreiding van Rijksdiensten een steeds verdere ondergraving ondergaat. Als in de schets dan ook nog ge steld wordt, dat de spreiding van Rijksdiensten van beperkte omvang zal zijn, blijft er voor Leeuwarden niets meer over. Hiermee komt de bevol kingsgroei van Friesland onder druk te staan en zal de concentratie invulling door de provincie moeizamer worden, temeer daar de stadsgewes ten - in het Noorden de stad Groningen - hun positie dienen te handhaven en waar nodig en mogelijk te versterken. d. De functionele relatie op het gebied van wonen, werken en verzorging moe ten zich op de schaal van het stadsgewest kunnen afspelen. Hierin komt de concentratiegedachte duidelijk tot uitdrukking. Een aantal argumenten wordt daarvoor aangedragen: - ondersteuning van het stedelijk draagvlak; - beperking mobiliteit; - kansen op vrije vervoerskeuze benutten. In dit opzicht wordt volkomen voorbij gegaan aan de functionele relaties, zoals die in de loop der jaren, mede door ondersteuningsmaatregelen van de Rijksoverheid, zijn ontwikkeld door Leeuwarden met het omringende ge bied. Het hierop niet gaan voortborduren door het Rijk zelf, zet de posi tie van Leeuwarden op losse schroeven. e. Het Rijk dringt bij de provincies en gemeenten aan op het behoud van de regionale karakteristieken en waar mogelijk deze te versterken. Wat daar onder moet worden verstaan, wordt niet aangegeven. Hierin ligt het gevaar opgesloten van het voeren van een "conservatief" regionaal-economisch beleid door het Rijk. Met een dergelijk uitgangspunt kunnen impulsen tot vernieuwing c.q. tot het stimuleren van ontwikkelin gen buiten het traditionele patroon afgehouden worden. f. Het sociaal-economisch beleid zal worden afgestemd op het benutten van economische ontwikkelingsmogelijkheden. Dat is één van de belangrijkste nieuwe elementen in de schets. Inzicht is nodig in de toekomstige ontwikkelingsmogelijkheden van re gio's. Terzake laat de regering nader onderzoek verrichten omdat hiervan nog relatief weinig bekend is (de regionaal-economische betekenis van kennis- en innovatiecentra; de relatie tussen technologische veranderin gen en regionale ontwikkeling) Daarnaast zal in nauwe samenwerking met de provincies meer onderzoek wor den gedaan naar de economische ontwikkelingsmogelijkheden van de regio's. De spreiding van economische activiteiten dient evenwel aan te sluiten bij de huidige verdeling van de bevolking over de landsdelen. Het accent bij de onderzoeken valt dan ook op de Randstad en stadsgewesten. Voor alle regio's zal een beleid gevoerd worden, dat gericht is op een zo groot mogelijk bijdrage van elke regio afzonderlijk aan de nationale wel - 5 - vaartsontwikkeling. Daarbij zal met name worden gelet op het benutten van de economische ontwikkelingsmogelijkheden. Het financiële instrument dat daar voor toegepast zal worden, is dat van het voorwaardenscheppend beleid. Daar de toepassing hiervan naar de provincies is gedecentraliseerd, zal in samen werking met de provincies gestreefd worden naar het verkrijgen van meer in zicht in de ontwikkelingsmogelijkheden van de regio's. De regering zal stre ven naar een geconcentreerde inzet van het regionaal-economisch voorwaar denscheppend beleid. Als aanknopingspunt wordt daarbij gehanteerd de con centratie van bevolking en werkgelegenheid in de stadsgewesten en de overige grote steden. Hierin liggen mogelijkheden voor Leeuwarden opgesloten, maar met de verwij zing naar nader onderzoek en naar de behoefte aan meer inzicht omtrent de mogelijkheden, wordt een daadwerkelijk beleid voor Leeuwarden op de lange baan geschoven en wordt de verantwoordelijkheid naar de provincie verscho ven. Het benutten van in het verleden gedane investeringen en de rol van Leeu warden daarin. Met het argument van het benutten van gedane investeringen wordt de aan dacht gericht op de Randstad en de eertijds aangewezen groeisteden, die nu het stempel van stadsgewest krijgen. Een stad met een dergelijk stempel kan daaraan een aantal financiële steunmaatregelen van het Rijk ontlenen, ten einde de reeds gedane investeringen effectief te maken. Zowel op grond van de functie van Leeuwarden in de provincie als de ver kregen status van groeipool is zowel door de gemeente als de provincie een beleid gevoerd, dat het mogelijk moest maken, deze functie en status inhoud te geven c.q. te versterken. In dit verband valt het volgende te noemen. - Verhoging van de kwaliteit van het leef- en woonmilieu in de stad ten einde de suburbanisatie tegen te gaan. In dit kader is de nieuwe woonwijk Camminghaburen opgezet met een wervend karakter. - Bestemmingsplannen voor de opvang van de groei van de bevolking; een groei die in grote lijnen overeenkomt met de structuurschets. - Het versterken van de centrumpositie. De afstemming van de infrastructuur op de taken van Leeuwarden. Een nieuw tangentenstelsel is gedeeltelijk gereed en is verder in aanleg en de verkeers- en parkeervoorzieningen in het centrum van de stad zijn aanzienlijk uitgebreid. Verkeersmaatregelen buiten de stad: verdubbeling weg Leeuwarden-Harlingen (Amsterdam) Recreatieve voorzieningen zowel binnen als buiten de stadsgrens; het stadsrandgebied dat in overleg met de nabuurgemeenten gestalte wordt gegeven.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1984 | | pagina 54